Aanleiding, feiten, context

Daar geveltuintjes fijn stof capteren, CO2 vasthouden, het hitte-eilandeffect verminderen, voor verkoeling zorgen, verdroging voorkomen, hemelwater bufferen, de biodiversiteit verhogen, de mentale en fysieke gezondheid verbeteren, het geluid dempen en de waarde van ons patrimonium verhogen, is de aanleg van geveltuintjes noodzakelijk.

Geveltuintjes in dorpskernen en verharde omgevingen hebben een luchtzuiverend en koelend effect en zorgen voor een biodiversiteitsverhoging.

Geveltuintjes hebben als ecosysteemdienst een belangrijk milieu- en economisch voordeel, zowel voor de eigenaar als voor de gemeenschap.

 

Juridische gronden

22 december 2017: Het Decreet over het Lokaal Bestuur, en latere wijzigingen;

26 maart 2004: Het Decreet betreffende openbaarheid van bestuur, en latere wijzigingen;

29 juli 1991: De wet betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen;

De beginselen van behoorlijk bestuur en in het bijzonder het gelijkheids- en transparantiebeginsel;

De Vlaamse Codex van Ruimtelijke Ordening;

Het Vlaams Energie- en Klimaatplan;

Het Lokaal Energie- en Klimaatpact;

Het Klimaatactieplan provincie Limburg;

Het Klimaatadaptatieplan Limburg;

Het hemelwater- en droogteplan;

Het gemeentelijk klimaatactieplan;

De Burgemeestersconvenant.

 

Argumenten

Geveltuintjes maken deel uit van het straatbeeld in de dorpskernen en zijn, gezien de klimaat- en biodiversiteitscrisis, noodzakelijk voor klimaatadaptatie en -mitigatie, biodiversiteitsverhoging en de gezondheid van de inwoners.
Het is noodzakelijk om geveltuintjes aan te leggen.

Om inwoners te overtuigen geveltuintjes aan te leggen op het voetpad, wordt voorgesteld om het subsidiereglement ‘Aanleg van een geveltuintje’ goed te keuren.

 

Financiële weerslag

De nodige kredieten worden voorzien in de begroting onder registratiesleutel MJP001609 AC000609 GEM64902500/0349.

 

BESLUIT: Subsidiereglement - Aanleg van een geveltuintje

23 stemmen voor: Mark Vos, Christiaan Bamps, Peter Neven, Anja Slangen, Joël L'Hoest, Mieke Loyens, Jan Peumans, Marina Pauly, Guy Kersten, Mathieu Eycken, Patrick Janssen, Davy Renkens, Ludwig Stevens, Marie-Elise Smets, Dirk Jacobs, Jan Noelmans, Marc Konings, Laura Mulleners, Danny Lemmens, Yves Chanson, Anja Huls, Philippe Geelen en Mathieu Cleuren

 

artikel 1: Doel

De gemeente Riemst wil, in het kader van de klimaat- en biodiversiteitscrisis, vergroening in de dorpskernen van de  gemeente stimuleren en ondersteunen met verschillende beleidsinstrumenten en acties. De gemeente Riemst stimuleert de aanleg van geveltuintjes in het straatbeeld.

 

Kwaliteitsvol groen heeft een gunstig effect op het klimaat, de biodiversiteit, de luchtkwaliteit, de waterhuishouding en de gezondheid, met name capteren van fijn stof, vasthouden van CO2, verminderen van het hitte-eilandeffect, zorgen voor verkoeling, voorkomen van verdroging, buffering van hemelwater, verhogen van de biodiversiteit, verbeteren van de mentale en fysieke gezondheid, dempen van geluid en verhogen van de patrimoniumwaarde.

 

Door de verdamping van water en de schaduw die geveltuintjes bieden, heeft gevelgroen een verkoelend effect op de omgevingstemperatuur.

 

Kwaliteitsvol groen maakt de gemeente bijgevolg veerkrachtiger voor de verandering van het klimaat.

 

Geveltuintjes maken deel uit van het straatbeeld.

 

Binnen de perken van het door de gemeenteraad goedgekeurde budget van de gemeente Riemst, en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement, kent de gemeente daarom een subsidie toe voor de aanleg van geveltuintjes. 

 

artikel 2: Definities

In dit subsidiereglement wordt verstaan onder:

Geveltuintje: een aanplanting in het voetpadgedeelte van het openbaar domein openbaar domein, tegen een gevel van een gebouw.

2° De beheerder: de eigenaar of - op voorwaarde dat de eigenaar of de vereniging van mede-eigenaars akkoord gaat - huurder/inwoner, die de geveltuin aangelegd heeft of heeft laten aanleggen.

 

artikel 3: Toepassingsgebied

Het reglement is van toepassing voor de aanleg van een geveltuintje aan een woning, of ander gebouw waarvan de benutte oppervlakte hoofdzakelijk dient voor privégebruik.

 

artikel 4: Begunstigden

De subsidie voor het aanleggen van een geveltuintje kan toegekend worden aan:

 1. een particulier eigenaar;

 2. de huurder/vruchtgebruiker, mits toestemming van de eigenaar;

 3. een vereniging van mede-eigenaars mits toestemming van alle mede-eigenaars;

 4. een bedrijf.

 

artikel 5: Algemene voorwaarden

§1. Een subsidie wordt uitsluitend verleend voor geveltuintjes waarvoor het gemeentebestuur een toelating verleend heeft.

 

§2. De toelating wordt verleend na onderzoek ter plaatse én mits gunstig advies van de bevoegde diensten én wegbeheerder. Wanneer na onderzoek door de gemeente blijkt dat de aanleg van de geveltuin de vrije doorgang en de aanwezige nutsleidingen niet in het gedrang brengt, kan de aanleg toegestaan worden.

 

§3. Een geveltuintje moet aan volgende voorwaarden voldoen:

        maximum 30 cm breed, om het even hoe lang;

        op een afstand van minimum 30 cm van de buren, tenzij de buren schriftelijk akkoord gaan om daarvan af te wijken;

        de diepte van de plantput is max. 60 cm;

        er moet over de hele lengte van de perceelsgrens een obstakelvrij voetpad gewaarborgd blijven met een breedte van minimum 1 meter (ter hoogte van lokale versmallingen over een lengte van max. 1,2 meter) of een breedte van 1,2 meter (ter hoogte van lokale versmallingen over een lengte van max. 10 meter). Voor de wetgeving en voorbeelden, zie wenkblad toegankelijkheid voetpaden;

        geleidingselementen mogen maximaal 20 cm uitsteken;

        de planten mogen de voorbijgangers niet hinderen: vermijd doornen en scherpe takken;

        het plantgoed dat gekozen wordt, moet voorkomen op de plantenlijsten in de bijlagen bij dit reglement. Het gekozen plantgoed is bij voorkeur streekeigen, zeker niet invasief en aangepast aan de standplaats (zon/schaduw, droog/vochtig, …);

        de planten moeten in volwassen toestand nog in het plantvak passen (beperkte stamdiameter) en zeker niet hoger komen dan de gevel.

 

§4. De beheerder dient bij de aanleg de nodige voorzichtigheid in acht te nemen. Mogelijke schade aan de woning, leidingen, kabels en weg voor voetgangersverkeer valt ten laste van de beheerder. Bij de minste twijfel over de aanwezigheid van leidingen en kabels dient informatie te worden ingewonnen bij de gemeente of nutsbedrijven.

Alle voorzieningen van openbaar nut zoals straatnaamborden, verlichtingspalen en pictogrammen moeten steeds zichtbaar blijven en bereikbaar zijn.

 

§5. De geveltuin mag worden afgeboord in een vloeiende lijn met materiaal identiek aan het gebruikte materiaal van het voetpad. De uitgebroken tegels of materialen kunnen hiervoor gebruikt worden. De afboording steekt minimaal 2 cm en maximaal 10 cm uit boven de trottoirverharding. De breedte van de afboording is inbegrepen in de maximale breedte van 30 cm.

 

§6. De beheerder moet de uitgebroken tegels of materialen bijhouden of laten ophalen door de technische dienst van de gemeente. Deze blijven eigendom van de gemeente.

 

§7. De beheerder moet de geveltuin en de verharding errond zodanig onderhouden dat ze geen gevaar opbrengen voor het verkeer. De bevoegde gemeentediensten herstellen eventuele schade aan de openbare weg veroorzaakt door de geveltuin op kosten van de beheerder. De beheerder verbindt er zich toe elke verzakking of andere beschadiging onmiddellijk te melden en zelf voorlopig de nodige veiligheidsmaatregelen te treffen. Alle schade veroorzaakt door de aanplant is ten laste van de beheerder.

 

§8. De aanplanting wordt uitgevoerd conform alle bestaande wetten, reglementen en gebruiken betreffende dergelijke aanplantingen.

 

§9. De beheerder verbindt zicht tot de nodige instandhoudingszorg voor het geveltuintje. Bij vaststelling van wanbeheer zal de geveltuin verwijderd worden door de bevoegde gemeentediensten op kosten van de beheerder.

 

§10. Indien planten afsterven dienen deze door de eigenaar te worden vervangen binnen het eerstvolgende plantseizoen. Deze heraanplant wordt niet gesubsidieerd.

 

§11. Dood of levend materiaal in de geveltuin verwerkt, blijft eigendom van de beheerder. De beheerder is burgerrechtelijk verantwoordelijk voor alle ongevallen die voortvloeien uit de aanwezigheid van de geveltuin of het niet naleven van het reglement. De beheerder zal de door de bevoegde gemeentedienst opgelegde herstellingswerken of aanpassingswerken, op eerste verzoek, onmiddellijk uitvoeren. De beheerder vrijwaart de gemeente Riemst tegen alle vorderingen van derden tegen haar instellen als gevolg van de aangelegde geveltuin.

 

§12. De bevoegde gemeentedienst of operator op het openbaar domein is gerechtigd de al dan niet tijdelijke verwijdering van materialen en planten te eisen ten behoeve van werkzaamheden. Het gemeentebestuur betaalt hiervoor geen vergoeding aan de beheerder. Het gemeentebestuur kan nooit aansprakelijk gesteld worden voor gelijk welke verandering of beschadiging veroorzaakt aan de geveltuin. De bevoegde gemeentedienst of operator zal het plantvak van de geveltuin herstellen zonder vergoeding van de beheerder. De beheerder zorgt indien nodig voor nieuwe beplanting.

 

§13. Wordt de geveltuin helemaal of gedeeltelijk weggebroken dan moet de gemeente daarvan op de hoogte gebracht worden. De gemeente zal de openbare weg in zijn oorspronkelijke toestand herstellen. Hieraan zijn geen kosten verbonden voor de beheerder.

 

§14. Een subsidie voor de aanleg van een geveltuintje moet aangevraagd worden binnen de 6 maanden na datum van het collegebesluit waarin toelating wordt gegeven voor het aanleggen van het geveltuintje.

 

§15 De genieter van de subsidie verplicht zich ertoe in alle akten van vervreemding van het onroerend goed, waarop de subsidie slaat, alle verplichtingen van dit reglement op te leggen aan de verkrijger op straffe van terugbetaling van die subsidie. De vervreemding dient ten laatste 1 maand na ingang van de wijziging opgegeven te worden aan de toezichthoudende ambtenaar. Onder vervreemding wordt o.a. verstaan overdracht van het eigendomsrecht van gronden, aangaan of beëindigen van pacht, huur, erfpacht e.d.

 

artikel 6: Bedrag van de subsidie

§1. De subsidie voor een geveltuintje bedraagt het factuurbedrag tot een maximum van € 50,-

 

§2. De subsidie kan gecumuleerd worden met eventuele andere subsidies op voorwaarde dat het totale bedrag van de bekomen subsidies de totale kostprijs niet overschrijdt.

 

§3. Indien het aantal aanvragen het totaal in het gemeentebudget voorziene bedrag overstijgt, zal het toekennen van de subsidies verlopen in functie van de datum van aanvraag tot uitputting van het totaal in het gemeentebudget voorziene bedrag voor het betrokken dienstjaar.

 

artikel 7: Aanvraagprocedure

§1. De aanvraag gebeurt digitaal via het invulformulier op de website van de gemeente Riemst op de pagina ‘Premies en toelagen’. De bijlagen dienen geüpload te worden.

De aanvraag kan ook gebeuren via het daartoe voorziene aanvraagformulier dat volledig ingevuld en voorzien van de gevraagde bijlagen ingediend wordt bij het gemeentebestuur van Riemst via post Maastrichtersteenweg 2b, 3770 Riemst, via e-mail milieu@riemst.be, of tegen ontvangstbewijs aan het onthaal van het gemeentehuis.

 

§2. De aanvraag voor de subsidie, inclusief de dossierstukken die gevraagd worden in het aanvraagformulier, moet ten laatste 12 maanden na factuurdatum ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen. Inschrijvingsdatum, poststempel of online verzending gelden als bewijs voor de indiendatum. 

 

§3. De aanvraag voor de subsidie is slechts ontvankelijke zodra deze tijdig ingediend en volledig is.

 

§4. Het college van burgemeester en schepenen beslist of de aanvraag voor Subsidie in aanmerking komt.

 

§5. Het college van burgemeester en schepenen kan nadere voorwaarden stellen betreffende vorm en inhoud van de aanvraag en de aanvraagprocedure.

 

§6. Het college van burgemeester en schepenen behoudt steeds het recht om aanvragen te weigeren welke niet overeenkomen met de geest van het reglement.

 

artikel 8: Betalingsmodaliteiten

§1. De subsidie wordt uitbetaald na een evaluatie op basis van de bewijsstukken.

 

§2 De subsidie zal binnen een redelijke termijn na het indienen van het aanvraagformulier worden uitbetaald na beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen.

 

§3. Het bedrag van de toegekende subsidie wordt overgeschreven op de door de aanvrager in het aanvraagformulier vermelde post- of bankrekening.

 

artikel 9: Sancties

§1. De volgende sancties kunnen afzonderlijk of cumulatief door het college van burgemeester en schepenen worden uitgevaardigd wanneer de aanvrager één of meerdere voorwaarden niet naleeft, en/of onjuiste of onvolledige gegevens meedeelt:

  1. de gehele of gedeeltelijke terugvordering van de uitbetaalde subsidie;
  2. de stopzetting van de procedure tot uitbetaling van de toegekende subsidie;
  3. de uitsluiting van de subsidieaanvrager voor verdere subsidiëring in het kader van dit reglement, al dan niet voor een bepaalde tijd.

 

artikel 10: Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking vanaf 13 maart 2023.

 

artikel 11: Budgetten

De nodige budgetten worden voorzien in de begroting onder registratiesleutel MJP001609 AC000609 GEM64902500/0349.

 

artikel 12

Dit besluit wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de financiële dienst van de gemeente.

 

artikel 13

Dit besluit wordt kenbaar gemaakt conform de bepalingen van het DLB.