Danny Lemmens Jan Noelmans Christiaan Bamps Jan Peumans Bert Cilissen Davy Renkens Dirk Jacobs Guy Kersten Laura Mulleners Marc Konings Etienne Gielen Joël L'Hoest Peter Neven Anja Huls Mark Vos Marie-Elise Smets Mathieu Eycken Anja Slangen Marina Pauly Mieke Loyens Philippe Geelen Bart Weekers Ludwig Stevens Danny Lemmens Jan Noelmans Christiaan Bamps Jan Peumans Bert Cilissen Davy Renkens Dirk Jacobs Guy Kersten Laura Mulleners Marc Konings Etienne Gielen Joël L'Hoest Peter Neven Anja Huls Mark Vos Marie-Elise Smets Mathieu Eycken Anja Slangen Marina Pauly Mieke Loyens Philippe Geelen Ludwig Stevens Dirk Jacobs Peter Neven Mieke Loyens Mathieu Eycken Laura Mulleners Jan Peumans Marc Konings Philippe Geelen Bert Cilissen Joël L'Hoest Anja Huls Mark Vos Danny Lemmens Etienne Gielen Marina Pauly Davy Renkens Guy Kersten Anja Slangen Christiaan Bamps Jan Noelmans Marie-Elise Smets Ludwig Stevens aantal voorstanders: 19 , aantal onthouders: 3 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Aanleiding, feiten, context
In maart 2022 stapte het gemeentebestuur in het subsidieproject ‘Zorgzame Buurten’ van de Vlaamse Overheid. In het subsidieproject werd er gefocust op de deelgemeente Vroenhoven. Samen met een sterke groep van vrijwilligers slaagden we er in om o.a. het maandelijks laagdrempelig ontmoetingsinitiatief Thoes in de Kômmik uit te bouwen.
In maart 2024 besliste de Vlaamse Overheid om de subsidie nog te verlengen tot maart 2025 om vooral te werken aan de verduurzaming van de zorgzame buurten.
Dit gemeenteraadsbesluit draagt ertoe bij om niet enkel het zorgzame buurtproject in Vroenhoven te verduurzamen, maar ook om terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting in andere dorpen te faciliteren en op te starten.
Bijkomend zorgen de wijzigingen in het woonzorgdecreet ervoor dat de lokale dienstencentra zich heroriënteren van centrale opdrachten naar buurtgerichte opdrachten. Een lokaal dienstencentrum verbindt inwoners met zowel informele als professionele netwerken in de buurt. De doelstellingen richten zich op het versterken van zelfzorgvermogen, de sociale netwerken en de sociale cohesie, evenals het ondersteunen van inwoners om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen.
Om de verschillende initiatieven en de regelgeving te stroomlijnen, is een overkoepelend werkingskader nodig. Dit kader zorgt voor duidelijke richtlijnen en ondersteuning voor de terugkerende buurtinitiatieven rond laagdrempelige ontmoeting in de buurt georganiseerd door de bewoners.
Het gemeentebestuur zal deze buurtinitiatieven faciliteren door middelen vrij te maken om ruimten beschikbaar te stellen en te communiceren naar een zo groot mogelijke doelgroep in het dorp.
Juridische gronden
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Het decreet betreffende openbaarheid van bestuur van 26 maart 2004, en latere wijzigingen.
De wet betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen van 29 juli 1991, en latere wijzigingen.
Adviezen
Het advies van de dienst dorpenbeleid is positief
Argumenten
Binnen het beleidsplan van de gemeente is opgenomen dat Riemst verder wil uitgroeien tot een leefbare, aangename gemeente waarin iedereen zich thuis en welkom voelt en waar er kwaliteitsvol samen geleefd kan worden. Het gemeentebestuur wil deze doelstelling realiseren in samenwerking met de buurt, de lokaal actieve verenigingen en organisaties.
Dit subsidiereglement kan inwoners faciliteren om terugkerende buurtinitiatieven rond laagdrempelige ontmoeting uit te werken.
Op 11 maart 2024 werd Dienstencentrum de Linde officieel erkend door de Vlaamse overheid – Departement Zorg. Dit impliceert dat we de bestaande werking moeten heroriënteren.
In de dorpen van onze gemeente ontstaan er, naast het traditionele verenigingsleven, buurtinitiatieven die bijdragen aan de leefbaarheid en het gemeenschapsgevoel in onze dorpskernen. De aanwezigheid van buurthuizen en de inzet van vrijwilligers zijn hierbij cruciaal.
Financiële weerslag
De nodige kredieten worden via kredietverschuiving voorzien in het budget 2024 - MJP 002195 64902500 0719 AC000294.
BESLUIT: Terugkerende buurtinitiatieven rond ontmoeting
19 stemmen voor: Mark Vos, Christiaan Bamps, Peter Neven, Anja Slangen, Joël L'Hoest, Mieke Loyens, Jan Peumans, Marina Pauly, Guy Kersten, Mathieu Eycken, Bert Cilissen, Davy Renkens, Dirk Jacobs, Marc Konings, Laura Mulleners, Danny Lemmens, Anja Huls, Etienne Gielen en Philippe Geelen
3 onthoudingen: Ludwig Stevens, Marie-Elise Smets en Jan Noelmans
Motivatie onthouding Ludwig Stevens: Stemverklaring: Het Raadslid licht toe dat zijn fractie het principe en ook het agendapunt genegen is, maar dat de concrete uitwerking (en meer bepaald de voorwaarde van 10 jaarlijkse activiteiten) contraproductief riskeert te zijn voor initiatieven die dat aantal niet halen.
VOORWAARDEN BUURTINITIATIEVEN ROND TERUGKERENDE LAAGDREMPELIGE ONTMOETING
Artikel 1: Doelgroep
● De buurtinitiatieven zijn toegankelijk voor iedereen; ook voor inwoners van de naburige dorpen
● Er wordt geen inkom- of deelnameprijs gevraagd voor de terugkerende activiteiten
● Er is oog voor kwetsbare doelgroepen (alleenstaanden, eenzame mensen, minder mobiele mensen, oudere mensen, …):
○ Betaalbare consumpties, activiteiten en eventuele maaltijden
○ Geen verplichte consumptie
○ Laagdrempelige toegang en onthaal
● De buurtactiviteiten richten zich ook tot nieuwe bewoners in het dorp
Artikel 2: Buurtinitiatieven
● De activiteiten zijn gericht op informele ontmoeting, binnen een spontaan en ongebonden kader en houden rekening met de vragen/noden/behoeften van de buurt.
● Per werkingsjaar worden minimaal 10 buurtactiviteiten georganiseerd, waaronder één onthaalmoment voor nieuwe inwoners. Een werkingsjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
● Er mogen maximaal 3 commerciële activiteiten georganiseerd worden met als doel winst te creëren op voorwaarde dat deze opbrengsten ingezet worden binnen de ontmoetingsactiviteiten.
● Op initiatief van het lokaal dienstencentrum ondersteunt het buurtinitiatief 2 activiteiten van het lokaal dienstencentrum. Dit kan tijdens één van de activiteiten of op een ander tijdstip. De ondersteuning van het buurtinitiatief betekent de praktische omkadering waaronder folders bedelen, toog bemannen, …
● Iedere activiteit wordt geregistreerd in het ‘evaluatieformulier – faciliteren van terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting’.
● Buurtactiviteiten worden door de vrijwilligers voldoende kenbaar gemaakt in de buurt. De vrijwilligers zorgen o.a. voor het verspreiden het drukwerk, het aanspreken van inwoners,…
● Om als buurtactiviteit gekenmerkt te worden zijn er maandelijks voldoende bezoekers nodig. Het buurtinitiatief streeft naar een aanwezigheid van gemiddeld 3 % van het totaal aantal inwoners. Tijdens het evaluatiemoment van het buurtinitiatief kan het College van Burgemeester en Schepenen bijkomende afspraken maken rond het aanwezigheidsquotum.
● Deze buurtactiviteiten komen niet in aanmerking voor de gemeentelijke socio-culturele werkingstoelage voor verenigingen of het dorpsbudget voor straatcomités. Dubbele financiering is niet mogelijk.
Artikel 3: Organisatie van het buurtinitiatief
● Hetbuurtinitiatief wordt in handen genomen door lokale (onbezoldigde) vrijwilligers, verenigd in een vzw of feitelijke vereniging. In de opstartfase kan een groep vrijwilligers zich aansluiten bij de vrijwilligerswerking van het gemeentebestuur. Tijdens deze periode van 3 jaar wordt de groep ondersteund om de stappen te zetten naar een zelfstandige werking als vzw of feitelijke vereniging.
● Het buurtinitiatief is autonoom verantwoordelijk voor hun lokale werking.
● Het buurtinitiatief sluit een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en
vrijwilligersverzekering af om hun buurtactiviteiten te verzekeren. Dit kan na de opstartperiode van 3 jaar of bij aanvang van het initiatief.
● Er wordt een open boekhouding gevoerd.
● De organisatie is actief gericht en blijft inwoners aanspreken om deel te nemen aan de
activiteit op aantoonbare wijze.
● De organisatie is alert voor zorgvragen van gebruikers en maakt gebruik van doorverwijskaartjes om de brug te slaan tussen zorgvrager en zorgverlener.
● De organisatie neemt een signaalfunctie op om bezorgdheden vanuit de
buurt(bewoners) op gepaste wijze over te maken aan de diensten van het
gemeentebestuur of bespreekbaar te maken binnen het adviesmoment van het lokaal dienstencentrum.
● Er is voldoende aandacht voor de omgang met de bezoekers:
○ De organisatie ontvangt bezoekers persoonlijk en maakt een praatje met hen.
○ De organisatie stelt zich begripvol en tolerant op zonder de bezoekers te veroordelen.
○ De organisatie is respectvol voor iedereen en spreekt bezoekers aan op storend
gedrag.
● Vanuit het buurtinitiatief zetelen maximum 2 vrijwilligers in het adviesmoment van
het lokaal dienstencentrum. Het adviesmoment adviseert de algemene werking van het lokaal dienstencentrum. Het is tevens een kans om te netwerken en elkaars initiatieven te leren kennen. Het adviesmoment vergadert minimaal tweemaal per jaar.
● Het buurtinitiatief hoeft niet noodzakelijkerwijs de uitbating van de zaal op zich te
nemen: het zaalcomité kan los staan van organisatie van het buurtinitiatief. Indien
beide verenigingen samenvallen dan staat de werking van het buurtinitiatief los staan van het beheer
van de zaal, waardoor de gemeentelijke subsidie van de socio-culturele
werkingstoelage voor verenigingen wel gecombineerd kan worden met deze toelage.
Uiteraard kunnen de georganiseerde activiteiten slechts in één van de subsidieaanvragen
voorkomen.
ONDERSTEUNING VANUIT DE GEMEENTE RIEMST
Artikel 4: Financiële ondersteuning
● Huurprijs van de locatie, inclusief nutsvoorzieningen
○ voor maximum 12 activiteiten per jaar, georganiseerd door het buurtinitiatief
○ voor maximum 5 poetsbuurten per jaar
○ voor maximaal 5 evaluatievergaderingen per jaar
Deze financiële ondersteuning wordt overgemaakt aan het buurtinitiatief. Het buurtinitiatief maakt de afspraken met het zaalcomité en betaalt de facturen.
● Drukwerk (max 5 keer per jaar)
○ Aanmaak en kopies van het drukwerk met vermelding van het logo en ‘in samenwerking met de gemeente Riemst’
○ Met een maximale oplage van het aantal brievenbussen in het dorp plus 50 extra exemplaren
Het drukwerk kan kosteloos uitgevoerd worden door de gemeentelijke drukkerij. Het buurtinitiatief kan beroep doen op deze dienst of neemt het drukwerk voor eigen rekening, zonder tussenkomst van de gemeente.
● Verzekeringen in de opstartfase (max. 3 jaar)
○ Verzekering van de buurtactiviteiten, overeenkomstig de bepalingen van de werking van het lokaal dienstencentrum
○ Vrijwilligersovereenkomst tussen vrijwilliger en gemeentebestuur gedurende de voorbereiding en de uitvoering van activiteiten en ontmoetingsmomenten
Artikel 5: Personele omkadering
● Personeelsondersteuning door een beleidsmedewerker van het lokaal dienstencentrum
● Korte communicatielijnen behouden met het gemeentebestuur
● Ondersteuning vrijwilligers: informatie, overeenkomsten, …
● Aanwezigheid op evaluatievergaderingen
● Sporadische aanwezigheid op buurtactiviteiten
● Specifieke projectondersteuning op vraag van de buurt
● Danken vrijwilligers
AANVRAAG SUBSIDIE
Artikel 6: Aanvraag subsidie – voorschot
● De subsidieaanvraag omvat één werkingsjaar, zijnde van 1 januari tot en met 31 december.
● De subsidieaanvraag gebeurt in het laatste kwartaal voor 30 november van het voorgaande jaar via het voorziene ‘aanvraagformulier - faciliteren van terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting.
De aanvrager krijgt een ontvankelijkheidsmelding binnen 1 maand na ontvangst van de aanvraag.
● De subsidieaanvraag wordt voorbereid en ter goedkeuring voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.
● Bij goedkeuring van de aanvraag wordt er een voorschot van 80 % uitbetaald. Deze uitbetaling gebeurt op basis van de gegevens op het ‘aanvraagformulier-faciliteren van terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting ’.
● Deze subsidie wordt ten laatste uitbetaald in januari van het aangevraagde werkingsjaar.
● De verrekening van de subsidie gebeurt, na het indienen van het ‘evaluatieformulier-faciliteren van terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting ’, in januari van het daaropvolgende jaar.
● De boekhouding van het buurtinitiatief waarin de inkomsten en de uitgaven van het afgelopen jaar opgenomen zijn wordt toegevoegd aan het evaluatieformulier.
Artikel 7: Verantwoording subsidie en verrekening van het resterende subsidiebedrag
● In januari van het daaropvolgende jaar wordt het ‘evaluatieformulier-faciliteren van terugkerende buurtinitiatieven voor laagdrempelige ontmoeting’ ingediend.
● De verrekening van de subsidie wordt voorbereid en ter goedkeuring voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen.
Bij de berekening van het resterend gedeelte wordt er rekening gehouden met het effectief aantal georganiseerde activiteiten en de realisatie van de voorwaarden opgenomen in dit gemeenteraadsbesluit. De verrekening kan een positief of negatief saldo bedragen. Indien er sprake is van een negatief saldo dan wordt dit teruggevorderd bij het desbetreffende buurtinitiatief.
● Bij goedkeuring van de verrekening wordt het resterend gedeelte van de subsidie uitbetaald of teruggevorderd.
● De boekhouding van het buurtinitiatief waarin de inkomsten en de uitgaven van het afgelopen jaar opgenomen zijn wordt toegevoegd aan het evaluatieformulier.
Artikel 8: Tussentijdse opstart van nieuwe initiatieven
Nieuwe initiatieven die ontstaan na de uiterste indiendatum van het aanvraagformulier, m.n. na 30 november, hebben de mogelijkheid tussentijds op te starten. Het is aan het College van Burgemeester en Schepenen om op basis van de voorwaarden opgenomen in dit gemeenteraadsbesluit een herberekening te maken van het minimum aantal te organiseren buurtinitiatieven. Het resterende werkingsjaar loopt van datum van aanvraag tot en met 31 december van het aanvraagjaar.
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 9: Sancties
In geval van fraude of valse verklaringen in hoofde van de aanvrager, kan het gemeentebestuur beslissen om de toekenning van subsidies te schorsen en in de toekomst géén subsidies meer toe te staan aan de aanvrager en het verleende subsidiebedrag terug te vorderen.
Bij het niet, niet tijdig of niet correct indienen van de verantwoordingsstukken, kan het
gemeentebestuur beslissen om de subsidie niet uit te betalen.
Artikel 10: Inwerkingtreding en overgangsmaatregelingen
Dit reglement treedt in werking vanaf 10 september 2024.
Artikel 11: Aanvraag- en evaluatieformulier
De aanvraag- en evaluatieformulieren maken integraal deel uit van dit reglement.
Artikel 12: Budgetten
De budgetten worden voorzien in de kredieten die zijn ingeschreven onder MJP 002195 64902500 0719 AC000294
Artikel: 13
Dit besluit wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de financiële dienst van de gemeente.
Artikel: 14
Dit besluit wordt kenbaar gemaakt conform de bepalingen van het DLB.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.