Vergadering bb van 22/03/2022.

Stedenbouw

BESLUIT TOT OPHEFFING VAN HET VERBOD TOT BETREDEN VAN HET PERCEEL MET ALS KADASTRALE LIGGING RIEMST, 6DE AFDELING, SECTIE A, NR.966N

Aangenomen

ONTWERP-BESLUIT:

De Burgemeester van RIEMST,

Gelet op de artikelen 133 en 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

Overwegende dat op 24 januari 2019 een verzakking plaatsvond in de woning met adres Misweg 77 te 3770 Riemst en met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling Z.Z.B., sectie A, nr.971V waardoor de stabiliteit van het gebouw en de aanpalende gebouwen in het gedrang kon komen;

Overwegende dat de woningen met adres Misweg 75 en Misweg 79 en met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling Z.Z.B., sectie A, nrs.971R en 966N binnen de veiligheidsmarge gelegen zijn;

Gelet op het onderzoek van de brandweer van de brandweerzone Oost-Limburg van 24 januari 2019 waaruit geconcludeerd werd dat er sprake was van een acuut veiligheidsrisico; dat er dringend maatregelen genomen dienden te worden om het mogelijke gevaar voor de openbare veiligheid in te perken;

Overwegende dat het acuut gevaar voor de openbare veiligheid weggenomen kon worden door het opleggen van een tijdelijk woonverbod, het tijdelijk verbod tot het betreden van de betreffende percelen en het gedeeltelijk afsluiten van de voorliggende gemeenteweg;

Overwegende dat de burgemeester op grond van artikel 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet bevoegd is om de nodige maatregelen te nemen en zelf uit te laten voeren, zonder dat de burgemeester en het gemeentebestuur enige burgerrechtelijke aansprakelijkheid zal erkennen en zonder enige nadelige erkentenis;

Overwegende dat de bevoegdheid die de burgemeester op grond van artikel 135, §2 van de Nieuwe Gemeentewet heeft, niet beperkt is tot de externe openbare veiligheid en gezondheid, in de zin van “op de openbare weg” en dat deze bevoegdheid overal geldt waar de openbare veiligheid en gezondheid in gevaar kan komen, dus ook voor de bewoners van een gebouw;

Overwegende dat de noodzaak bewezen werd om over te gaan tot het opleggen van maatregelen om het acuut gevaar voor de openbare veiligheid in te perken; dat geconcludeerd kon worden dat een tijdelijk woonverbod diende opgelegd te worden, dat de rijweg gedeeltelijk afgesloten diende te worden en dat de toegang tot de percelen tijdelijk diende verboden te worden;

Overwegende dat de burgemeester de bewoners van de woningen begeleid heeft bij het zoeken naar al dan niet tijdelijke herhuisvesting;

Gelet op het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet waarbij de woningen met adres Misweg 75, 77 en 79 te 3770 Riemst onbewoonbaar werden verklaard en waarbij er voor deze woningen een tijdelijk woonverbod werd opgelegd; dat er in dit besluit eveneens een verbod tot het betreden werd opgelegd voor de percelen met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling, sectie A, nrs.971R, 971V en 966N;

Gelet op het onderzoek en de verklaring van de deskundige van 22 november 2021 waaruit blijkt dat de woningen Misweg 75 en Misweg 79 vrijgegeven worden;

Overwegende dat voornoemde verklaring integraal deel uitmaakt van dit besluit; dat de conclusies en de motieven waarop deze conclusies gefundeerd zijn, integraal kunnen bijgetreden en eigengemaakt worden;

Overwegende dat er in de woning Misweg 79 geen verwarmingsbron meer aanwezig is; dat deze tijdens de sloopwerken van het aanpalende gebouw mee verwijderd werd; dat de woning bijgevolg op dit moment nog niet terug bewoonbaar is;

Overwegende dat bijgevolg enkel voor het betreden van het perceel voldaan is aan artikel 9 van voornoemd besluit van de burgemeester van 24 januari 2019; dat in de woning eerst nog werken dienen uitgevoerd te worden om deze terug bewoonbaar te maken;

Overwegende dat het bijgevolg aangewezen is om enkel de toegang tot de woning terug vrij te geven zodat de eigenaars de nodige werken in de woning kunnen (laten) uitvoeren om de woning terug bewoonbaar te maken;

BESLUIT:

Artikel 1:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake het tijdelijk verbod tot betreden van het perceel met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling, sectie A, nr.966N wordt op datum van dit besluit en met onmiddellijke ingang opgeheven.

Artikel 2:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake de onbewoonbaarverklaring voor de woning met adres Misweg 79 te 3770 Riemst blijft behouden.

Artikel 3:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake het tijdelijk woonverbod voor de woning met adres Misweg 79 te 3770 Riemst blijft eveneens behouden.

Artikel 4:

Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de houders van het zakelijk recht van deze woning en het perceel vermeld in artikels 1 t.e.m. 3, aan de lokale politiezone Bilzen-Hoeselt-Riemst en aan het Agentschap Wonen-Vlaanderen.

Artikel 5:

§1. Tegen dit besluit kan een beroep tot schorsing en vernietiging worden ingesteld bij de Raad van State en dit binnen zestig dagen na kennisgeving.

§2. Elke belanghebbende kan klacht indienen bij de provinciegouverneur.

Artikel 6:

Dit besluit wordt bekend gemaakt conform de bepalingen van het DLB

Vergadering bb van 22/03/2022.

Stedenbouw

BESLUIT TOT OPHEFFING VAN DE ONBEWOONBAARVERKLARING EN HET TIJDELIJK WOONVERBOD VOOR DE WONING MET ADRES MISWEG 75 TE 3770 RIEMST EN DE OPHEFFING VAN HET VERBOD TOT BETREDEN VAN HET PERCEEL MET ALS KADASTRALE LIGGING RIEMST, 6DE AFDELING, SECTIE A, NR.971R

Aangenomen

ONTWERP-BESLUIT:

De Burgemeester van RIEMST,

Gelet op de artikelen 133 en 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

Overwegende dat op 24 januari 2019 een verzakking plaatsvond in de woning met adres Misweg 77 te 3770 Riemst en met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling Z.Z.B., sectie A, nr.971V waardoor de stabiliteit van het gebouw en de aanpalende gebouwen in het gedrang kon komen;

Overwegende dat de woningen met adres Misweg 75 en Misweg 79 en met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling Z.Z.B., sectie A, nrs.971R en 966N binnen de veiligheidsmarge gelegen zijn;

Gelet op het onderzoek van de brandweer van de brandweerzone Oost-Limburg van 24 januari 2019 waaruit geconcludeerd werd dat er sprake was van een acuut veiligheidsrisico; dat er dringend maatregelen genomen dienden te worden om het mogelijke gevaar voor de openbare veiligheid in te perken;

Overwegende dat het acuut gevaar voor de openbare veiligheid weggenomen kon worden door het opleggen van een tijdelijk woonverbod, het tijdelijk verbod tot het betreden van de betreffende percelen en het gedeeltelijk afsluiten van de voorliggende gemeenteweg;

Overwegende dat de burgemeester op grond van artikel 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet bevoegd is om de nodige maatregelen te nemen en zelf uit te laten voeren, zonder dat de burgemeester en het gemeentebestuur enige burgerrechtelijke aansprakelijkheid zal erkennen en zonder enige nadelige erkentenis;

Overwegende dat de bevoegdheid die de burgemeester op grond van artikel 135, §2 van de Nieuwe Gemeentewet heeft, niet beperkt is tot de externe openbare veiligheid en gezondheid, in de zin van “op de openbare weg” en dat deze bevoegdheid overal geldt waar de openbare veiligheid en gezondheid in gevaar kan komen, dus ook voor de bewoners van een gebouw;

Overwegende dat de noodzaak bewezen werd om over te gaan tot het opleggen van maatregelen om het acuut gevaar voor de openbare veiligheid in te perken; dat geconcludeerd kon worden dat een tijdelijk woonverbod diende opgelegd te worden, dat de rijweg gedeeltelijk afgesloten diende te worden en dat de toegang tot de percelen tijdelijk diende verboden te worden;

Overwegende dat de burgemeester de bewoners van de woningen begeleid heeft bij het zoeken naar al dan niet tijdelijke herhuisvesting;

Gelet op het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet waarbij de woningen met adres Misweg 75, 77 en 79 te 3770 Riemst onbewoonbaar werden verklaard en waarbij er voor deze woningen een tijdelijk woonverbod werd opgelegd; dat er in dit besluit eveneens een verbod tot het betreden werd opgelegd voor de percelen met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling, sectie A, nrs.971R, 971V en 966N;

Gelet op het onderzoek en de verklaring van de deskundige van 22 november 2021 waaruit blijkt dat de woningen Misweg 75 en Misweg 79 vrijgegeven worden;

Overwegende dat voornoemde verklaring integraal deel uitmaakt van dit besluit; dat de conclusies en de motieven waarop deze conclusies gefundeerd zijn, integraal kunnen bijgetreden en eigengemaakt worden;

Overwegende dat voor deze woning en dit perceel bijgevolg voldaan is aan artikel 9 van voornoemd besluit van de burgemeester van 24 januari 2019;

BESLUIT:

Artikel 1:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake de onbewoonbaarverklaring voor de woning met adres Misweg 75 te 3770 Riemst wordt op datum van dit besluit en met onmiddellijke ingang opgeheven.

Artikel 2:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake het tijdelijk woonverbod voor de woning met adres Misweg 75 te 3770 Riemst wordt op datum van dit besluit en met onmiddellijke ingang opgeheven.

Artikel 3:

Het besluit van de burgemeester van 24 januari 2019 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake het tijdelijk verbod tot betreden van het perceel met als kadastrale ligging Riemst, 6de afdeling, sectie A, nr.971R wordt op datum van dit besluit en met onmiddellijke ingang opgeheven.

Artikel 4:

Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de houder van het zakelijk recht van deze woning en het perceel vermeld in artikels 1 t.e.m. 3, aan de lokale politiezone Bilzen-Hoeselt-Riemst en aan het Agentschap Wonen-Vlaanderen.

Artikel 5:

§1. Tegen dit besluit kan een beroep tot schorsing en vernietiging worden ingesteld bij de Raad van State en dit binnen zestig dagen na kennisgeving.

§2. Elke belanghebbende kan klacht indienen bij de provinciegouverneur.

Artikel 6:

Dit besluit wordt bekend gemaakt conform de bepalingen van het DLB.

Vergadering bb van 22/03/2022.

Stedenbouw

BESLUIT TOT OPHEFFING VAN HET TIJDELIJK WOONVERBOD VOOR DE WONING MET ADRES WONCKERWEG 2 TE 3770 RIEMST

Aangenomen

ONTWERP-BESLUIT:

De Burgemeester van RIEMST,

Gelet op de artikelen 133 en 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

Gelet op het verzoek tot opstart van de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid van 18 februari 2020 van de bewoners voor hun huurwoning met adres Wonckerweg 2 te 3770 Riemst en met als kadastrale omschrijving Riemst, 6de afdeling, sectie B, nr.124C;

Gelet op het conformiteitsonderzoek van 18 februari 2020 van de gemeentelijke dienst Veiligheid en Preventie;

Gelet op het technisch verslag van het onderzoek van de kwaliteit van de woning en het fotoverslag van de technische vaststellingen van 18 februari 2020, opgesteld door de gemeentelijke dienst Veiligheid en Preventie;

Overwegende dat de gegrondheid van het verzoek tot opstart van de procedure ongeschikt- en onbewoonbaarheid tijdens het conformiteitsonderzoek kon worden vastgesteld;

Overwegende dat het dossier op 20 februari 2020 voor advies werd overgemaakt aan het Agentschap Wonen-Vlaanderen, zoals voorzien in de administratieve procedure van de Vlaamse Wooncode;

Overwegende dat de Vlaamse Regering de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid vastgesteld heeft op 20 maart 2020, dat de startdatum op diezelfde dag werd bepaald, nl. 20 maart 2020;

Overwegende dat in navolging van de noodsituatie en de verstrengde maatregelen om de verspreiding van het coronavirus te vertragen, Wonen-Vlaanderen beslist heeft om voor de duur van de noodsituatie geen nieuwe conformiteitsonderzoeken uit te voeren;

Overwegende dat uit het technisch verslag van 18 februari 2020 bleek dat stabiliteit van de woning is aangetast; dat er zich een grote barst/scheur in de voorgevel bevond en dat er hierdoor ook een verzakking van de vloer op de eerste verdieping was, hetgeen een aantasting van de draagstructuur impliceerde;

Overwegende dat op basis van bovenstaand technisch verslag geconcludeerd werd dat er sprake was van een acuut veiligheidsrisico; dat er dringend maatregelen genomen dienden te worden om het mogelijke gevaar voor de openbare veiligheid en de bewoners van de woning in te perken;

Overwegende dat de noodzaak bewezen was om over te gaan tot het opleggen van maatregelen om het acuut gevaar voor de openbare veiligheid en de veiligheid van de bewoners van de woning in te perken; dat geconcludeerd kon worden dat een tijdelijk woonverbod diende opgelegd te worden;

Overwegende dat de burgemeester op grond van artikel 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet bevoegd is om de nodige maatregelen te nemen en zelf uit te laten voeren, zonder dat de burgemeester en het gemeentebestuur enige burgerrechtelijke aansprakelijkheid zal erkennen en zonder enige nadelige erkentenis;

Overwegende dat de bevoegdheid die de burgemeester op grond van artikel 135, §2 van de Nieuwe Gemeentewet heeft, niet beperkt is tot de externe openbare veiligheid en gezondheid, in de zin van “op de openbare weg” en dat deze bevoegdheid overal geldt waar de openbare veiligheid en gezondheid in gevaar kan komen, dus ook voor de bewoners van een gebouw;

Overwegende dat er door de acute situatie en de verstrengde maatregelen met betrekking tot het coronavirus uiterst dringend maatregelen genomen dienden te worden; dat de eigenaar en bewoners van de woning hierdoor enkel telefonisch gehoord konden worden alvorens maatregelen werden opgelegd;

Overwegende dat zowel de bewoners als de eigenaar op 25 maart 2020 telefonisch in kennis werden gesteld van het opschorten van de conformiteitsonderzoeken door Wonen-Vlaanderen, dat zij mondeling in kennis werden gesteld van het technisch verslag van het onderzoek van 18 februari 2020 en het overgaan tot het nemen van acute maatregelen; dat zij verzocht werden hun argumenten hetzij schriftelijk, hetzij mondeling onmiddellijk bekend te maken;

Overwegende dat de huurders reeds gestart waren met het zoeken naar herhuisvesting;

Overwegende dat de eigenaar stelde niet op de hoogte te zijn geweest van de gebreken aan de woning en dat de woning destijds te koop stond;

Gelet op het besluit van de burgemeester van 25 maart 2020 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet waarbij er voor de woning een tijdelijk woonverbod werd opgelegd;

Gelet op de omgevingsvergunning van 21 april 2021 met gemeentelijk dossiernummer 202137 – projectnummer 2021028490 voor het slopen van de woning en bijgebouw;

Overwegende dat de afbraakwerken op 15 februari 2022 werden aangevat en inmiddels bijna volledig voltooid zijn;

Overwegende dat bijgevolg voldaan is aan artikel 2 van voornoemd besluit van de burgemeester van 25 maart 2020;

Gelet op het verzoek van 12 maart 2022 van Philip Lenders, nieuwe houder van het zakelijk recht van de woning, tot opheffing van het besluit van de burgemeester van 25 maart 2020;

BESLUIT:

Artikel 1:

Het besluit van de burgemeester van 25 maart 2020 op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet inzake het tijdelijk woonverbod voor de woning met adres Wonckerweg 2 te 3770 Riemst wordt op datum van dit besluit en met onmiddellijke ingang opgeheven.

Artikel 2:

Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de houder van het zakelijk recht van deze woning en aan het Agentschap Wonen-Vlaanderen.

Artikel 3:

§1. Tegen dit besluit kan een beroep tot schorsing en vernietiging worden ingesteld bij de Raad van State en dit binnen zestig dagen na kennisgeving.

§2. Elke belanghebbende kan klacht indienen bij de provinciegouverneur.

Artikel 4:

Dit besluit wordt bekend gemaakt conform de bepalingen van het DLB.