Vergadering GR - 8/09/2025

 

Aanwezig:

Mark Vos, Burgemeester

Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Schepenen

Jan Peumans, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Anita Beusen, Jan Noelmans, Peter Neven, Dirk Jacobs, Danny Lemmens, Raadsleden

Anja Huls, Voorzitter

Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen, Gerd Mengels, Raadsleden

Liliane Nicolaes, Waarnemend algemeen directeur

 

Laat zich verontschuldigen: Johny Arbijn, Raadslid

 

 

Vanaf punt 15 verlaat Guy Kersten, schepen de zitting omwille van een belangenconflict.

 

Vanaf punt 16 vervoegt Guy Kersten, schepen de zitting.

 

Vanaf punt 21 verlaat Marie-Elise Smets, raadslid de zitting omwille van een belangenconflict.

 

Vanaf punt 22 vervoegt Marie-Elise Smets, raadslid de zitting.

 

Vanaf punt 24 vervoegt Dirk Jacobs, raadslid de zitting.

 

Vanaf punt 28 verlaat Anja Slangen, schepen de zitting omwille van een belangenconflict.

 

Vanaf punt 28 verlaat Davy Renkens, raadslid de zitting omwille van een belangenconflict.

 

Vanaf punt 28 verlaat Magda Gielen, raadslid de zitting omwille van een belangenconflict.

 

Vanaf punt 29 vervoegt Anja Slangen, schepen de zitting.

 

Vanaf punt 29 vervoegt Davy Renkens, raadslid de zitting.

 

Vanaf punt 29 vervoegt Magda Gielen, raadslid de zitting.

 

 

De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur.

 

Er werden geen vragen gesteld vanuit het publiek.

 

Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Bevolking

NIEUWE STRAATNAAM OP 'T REECK III

 

Aanleiding, feiten, context

Voor de uitbreiding van de ambachtelijke zone "Op 't Reeck III" moet er een nieuwe straatnaam voorzien worden, zoals aangeduid op bijgevoegd plan. De adviesraad GOGRI stelde de naam Tumulusweg (dialect;Tummeluswèèg) voor. De LEM heeft geen voorstel van straatnaam gegeven. De meerderheid van de leden stemmen in met het voorstel van GOGRI.

 

Het college van burgemeester besliste op 25 juni 2025 om de straatnaam Tumulusweg toe te kennen. De gemeenteraad van 7 juli 2025 volgde het voorstel van CBS.

Er is op dit moment geen actieve cultuurraad, er werd dan ook advies gegeven.

De procedure inzake bekendmaking voorgeschreven bij decreet werd gevolgd. Het openbaar onderzoek heeft geen schriftelijke bezwaar opgeleverd.

De straatbenaming wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad van 8 september 2025

 

Juridische gronden

- decreet van 28.01.1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen (B.S.07.04.1977), gewijzigd bij decr. 01/07/1987 (B.S. 01/09/1987), decr.4/02/1997 (B.S. 25/02/1997) en decr. 29/11/2002 (B.S. 17/12/2002).

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

- besluit gemeenteraad van 14 oktober 2024 tot goedkeuring stratentracé "Op 't Reeck III" - voor de ambachtelijke zone 'Op 't Reeck III moet er een nieuwe straatnaam voorzien worden

- het voorstel van straatnaam van de adviesraad GOGRI van 5 mei 2025

- het advies van de LEM-leden

- de principebeslissing van het college van burgemeester en schepenen van 25 juni 2025 en de gemeenteraad van 7 juli 2025 om de nieuwe straat de naam 'Tumulusweg' toe te kennen

- het openbaar onderzoek geen schriftelijk bezwaar heeft opgeleverd.

- de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 20 augustus 2025

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Omgeving - Algemeen

AFWIJKINGSAANVRAAG VOOR HET WERKINGSGEBIED VAN IGS ZUIDOOST LIMBURG DAT NIET UIT MINSTENS DRIE GEMEENTEN BESTAAT

 

Aanleiding, feiten, context

Via het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 tot wijziging van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, wat betreft het lokaal woonbeleid, werd een nieuw subsidiekader ingevoerd voor intergemeentelijke samenwerkingsprojecten rond woonbeleid voor de periode 2026-2031.

 

Binnen de perken van de kredieten die daarvoor op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap beschikbaar zijn, kan de minister een subsidie verlenen aan de initiatiefnemer van projecten als er voldaan wordt aan onder andere de voorwaarde dat het project een werkingsgebied heeft dat bestaat uit minstens drie gemeenten.

 

De minister kan een afwijking toestaan op deze voorwaarde als de initiatiefnemer hiervoor een gemotiveerd verzoek indient. Dit gemotiveerd verzoek bestaat uit een officiële afwijkingsaanvraag goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van elke gemeente die deelneemt aan het IGS-project, inclusief de motivatie waarom het werkingsgebied niet uit minstens drie gemeenten kan bestaan (afwijking op artikel 2.11, eerste lid, 2°)

 

De interlokale vereniging van het IGSW Zuidoost Limburg werd opgericht op 2 juli 2019 door de gemeentebesturen van Hoeselt, Riemst, Voeren en vzw Stebo als projectuitvoerder. De gemeente Hoeselt en de stad Bilzen besloten te fusioneren tot de nieuwe gemeente Bilzen-Hoeselt vanaf 1 januari 2025. De fuserende gemeenten besloten om vanaf 1 januari 2025 uit het IGSW Zuidoost Limburg te stappen, waardoor het werkingsgebied van IGS Zuidoost Limburg terugviel op 2 gemeenten.

 

Zowel de gemeente Riemst als de gemeente Voeren gaven aan dat het zowel onderling als met projectuitvoerder Stebo fijn samenwerken is en wensen dan ook deze samenwerking verder te zetten.

 

Argumentatie

De gemeente Riemst werkt voor het lokaal woonbeleid samen met de gemeenten Voeren en Hoeselt in het intergemeentelijk samenwerkingsverband Zuidoost Limburg gedurende de periode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2024. Deze intergemeentelijke samenwerking verloopt via een interlokale vereniging van onbepaalde duur, beschreven in de statuten.

 

Begin 2023 nam het beheerscomité van het IGS kennis van de intenties tot fusie van de gemeente Hoeselt met de Stad Bilzen vanaf 1 januari 2025.

 

Vanaf 1 januari 2025 treedt de gemeente Hoeselt omwille van een gemeentefusie met Bilzen, uit het IGSW Zuidoost Limburg. Van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 werkt de gemeente Riemst dan ook samen met de gemeente Voeren in het intergemeentelijk samenwerkingsverband Zuidoost Limburg. Deze intergemeentelijke samenwerking verloopt via een interlokale vereniging van onbepaalde duur, beschreven in de gewijzigde statuten, goedgekeurd door de Gemeenteraad op 24 oktober 2024.

 

Het beheerscomité volgde de ontwikkelingen rond het BVR 5.0 nauwgezet op. De vereiste dat het werkingsgebied van een IGS minstens bestaat uit 3 gemeenten, tenzij een IGS door fusie nog bestaat uit 2 gemeenten, was niet onbelangrijk voor ons IGS. Daarom werd vanuit het IGSW Zuidoost Limburg onderzocht in hoeverre het partnerschap kon worden uitgebreid, eventueel met gemeenten die tot op heden geen gebruik maken van de IGS-subsidie.

 

Naar aanleiding van dit onderzoek keurde het college van Riemst op 11 juni 2025 een gemotiveerde afwijkingsaanvraag goed. Deze werd op 17 juni 2025 bezorgd aan de Vlaamse minister van wonen en op 18 juni 2025 volledig verklaard. Op 16 juli 2025 werd een schrijven ontvangen van minister Depraetere met daarin de weigering van de afwijkingsaanvraag. Wonen in Vlaanderen oordeelde dat op basis van de in de afwijkingsaanvraag aangehaalde argumenten niet kan gesteld worden dat een uitbreiding van het werkingsgebied van IGSW Zuidoost-Limburg met andere (Haspengouwse / Zuid-Limburgse) gemeenten niet gewenst of niet mogelijk zou zijn. Volgens Wonen in Vlaanderen werden de mogelijkheden voor een herclustering om te komen tot een werkingsgebied dat zowel geografisch als beleidsmatig logisch is, én beantwoordt aan de minimum schaalgrootte van drie gemeenten, onvoldoende verkend. Tegelijkertijd geeft Wonen in Vlaanderen aan dat de aangehaalde redenen voor de onmogelijkheid tot uitbreiding van het werkingsgebied van het IGS met een extra gemeente (cfr. Bilzen-Hoeselt, Lanaken en Alken) aannemelijk zijn.

 

Op het beheerscomité van het IGSW ZOL op 25 juli 2025, werd de beslissing van de minister om geen afwijking toe te staan op het werkingsgebied met 2 gemeenten, grondig besproken. Tijdens dit overleg werd opgemerkt dat de IGS’en Mombeek en Wijers en Zuidoost Limburg geconfronteerd werden met een fusie, waardoor het werkingsgebied voor het IGSW ZOL reeds kleiner werd op 1/1/2025 en bij het IGSW Mombeek en Wijers op 1/1/2026. Het beheerscomité van het IGSW ZOL is verbaasd dat de afwijkingsaanvraag van het IGSW Mombeek en Wijers wel werd goedgekeurd en deze van IGSW ZOL niet. Beide IGS’en werden geconfronteerd met fusies, alleen verschilt het effect hiervan 1 jaar.

 

Middels het BVR op het lokaal woonbeleid van 14 maart 2025, werden enkele aanpassingen doorgevoerd aan de regelgeving, van toepassing vanaf 1/1/2026. Artikel 2.11, eerste lid, 3° van het Besluit Vlaamse Codex Wonen stelt dat het project dient te bestaan uit minstens evenveel of meer gemeenten als het project waarvan de subsidiëringsperiode eindigt op 31 december 2025 conform deze titel, zoals van kracht op 8 januari 2024. IGSW ZOL voldoet aan deze voorwaarde.

 

Artikel 2.11, eerste lid, 2° van het Besluit Vlaamse Codex Wonen stelt dat het werkingsgebied van een project uit minstens drie gemeenten dient te bestaan. IGSW ZOL voldoet niet aan deze voorwaarde.

 

Echter, artikel 2.11, tweede lid van het Besluit Vlaamse Codex Wonen voorziet dat de minister een afwijking op deze voorwaarden kan toestaan, op voorwaarde dat de initiatiefnemer uiterlijk op het moment van de subsidieaanvraag een gemotiveerd verzoek indient.

 

Op het beheerscomité van het IGSW ZOL op 25 juli 2025, werd de beslissing van de minister om geen afwijking toe te staan op het werkingsgebied met 2 gemeenten, grondig besproken. Het beheerscomité besliste om de mogelijkheden tot herclustering opnieuw grondig te verkennen om zodoende het IGSW ZOL te kunnen versterken en op die manier een aanvraagdossier in te dienen voor het bekomen van een subsidie voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031.

 

Samenwerking met andere gemeenten zou een technische oplossing kunnen bieden voor de voorwaarde van een werkingsgebied met minimaal drie gemeenten. Verschillende constellaties werden daarom overlopen en overwogen. Dit leidde telkens tot het besluit dat de inhoudelijke meerwaarde bij elke optie ontbrak.

 

Na grondig onderzoek en bijkomende actie en motivering, wensen beide gemeenten dan ook opnieuw een afwijking aan te vragen om de IGS-werking met twee gemeenten verder te kunnen zetten vanaf 1 januari 2026. De motivatie om een dynamisch woonbeleid te voeren neemt voor beide besturen niet af door de krimp van het partnerschap. De samenwerking van beide gemeenten loopt intussen al 20 jaar in optimale omstandigheden.

 

De uitgebreid gemotiveerde nieuwe afwijkingsaanvraag, terug te vinden in bijlage aan dit besluit, dient te worden goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen en zal vervolgens ook op de gemeenteraad worden gebracht. De goedgekeurde afwijkingsaanvraag wordt gelijktijdig, en ten laatste op 30 september 2025, met het door de gemeenteraad goedgekeurde projectaanvraagdossier voor het bekomen van een subsidie voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031 ingediend.

 

 

Juridische grond

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen

 

De Nieuwe Gemeentewet voor de artikelen die nog van toepassing zijn

 

Het decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse gewest van het administratief toezicht op de gemeenten en latere wijzigingen

 

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 betreffende de openbaarheid van bestuur.

 

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

 

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder deel 2, titel 7 betreffende het bestuurlijk toezicht

 

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder deel 2, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 3, over de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

 

Het gemeenteraadsbesluit van 1 juli 2019 tot oprichting van het intergemeentelijk samenwerkingsverband IGSW Zuidoost Limburg volgens het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, met als werkingsgebied Hoeselt, Riemst en Voeren en als projectuitvoerder vzw Stebo

 

De oprichting van de interlokale vereniging IGSW Zuidoost Limburg op 2 juli 2019

 

Het gemeenteraadsbesluit van 1 juli 2019 waarin het projectplan IGS Zuidoost Limburg wordt goedgekeurd, later goedgekeurd door de Minister van Wonen op 19 december 2019.

 

Het collegebesluit van 30 oktober 2024 tot uittreding van de gemeente Hoeselt uit het IGSW Zuidoost Limburg en tot goedkeuring van de aangepaste statuten

 

Het collegebesluit van 11 juni 2025 tot goedkeuring van de eerste afwijkingsaanvraag voor het werkingsgebied van IGSW Zuidoost Limburg dat niet uit minstens drie gemeenten bestaat.

 

Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 tot wijziging van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, wat betreft het lokaal woonbeleid, in het bijzonder de invoering van een nieuw subsidiekader voor intergemeentelijke samenwerkingsprojecten rond woonbeleid voor de projectperiode 2026-2031.

 

Het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, boek 2, titel 4, betreffende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid, en meer in het bijzonder artikel 2.11 over de voorwaarden betreffende het werkingsgebied, en de mogelijkheid tot het indienen van een gemotiveerd verzoek voor het aanvragen van een afwijking op deze voorwaarden.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Domeinhoofd economie landbouw en omgeving

PROJECTVERLENGING INTERGEMEENTELIJK SAMENWERKINGSVERBAND ‘ZUIDOOST LIMBURG’ VOOR DE PROJECTPERIODE 2026-2031

 

Aanleiding, feiten, context

Voorbije en huidige samenwerking

De gemeenten Riemst en Voeren werken al gedurende enkele opeenvolgende projectperiodes samen via een intergemeentelijk samenwerkingsverband aan het lokaal woonbeleid. In 2008 werd daartoe het intergemeentelijk samenwerkingsverband “lokaal woonbeleid Haspengouw” opgericht, met daarin – naast Riemst en Voeren – nog 6 andere Haspengouwse gemeenten. Deze samenwerking werd met projectperiodes van 3 jaar verlengd tot 2017.

 

In 2016 werd een aangepast BVR rond lokaal woonbeleid goedgekeurd door de Vlaamse Regering. De samenwerking werd verdergezet binnen dit nieuwe kader met 7 gemeenten. Deze samenwerking startte op 1/1/2018 en liep tot 31/12/2019.

 

Vanaf 1/1/2020 werken de gemeenten Riemst en Voeren verder aan het lokaal woonbeleid, samen met de voormalige gemeente Hoeselt, in de daartoe opgerichte interlokale vereniging IGSW Zuidoost Limburg. Naar aanleiding van de fusie tussen Hoeselt en Bilzen stapte de gemeente Hoeselt uit het IGS vanaf 1/1/2025.

 

In al de voorbije en de huidige projectperiodes werd steeds beroep gedaan op Stebo vzw als externe deskundige voor de projectuitvoering. Stebo vzw is daarom partner in de interlokale vereniging IGSW Zuidoost Limburg.

 

Argumentatie

Toekomstige samenwerking

Sinds de start van het intergemeentelijk samenwerkingsverband werd binnen het werkingsgebied sterk ingezet op het verbeteren van de woningkwaliteit, het ontwikkelen van een leegstandsbeleid en de uitbouw van een geïntegreerd woon- en energieloket. Het intergemeentelijk samenwerkingsverband doet beroep op vzw Stebo als projectuitvoerder, dat een team van experten ter beschikking stelt voor de uitvoering van de afgesproken werkzaamheden.

 

Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 (BVR 5.0) tot wijziging van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, voorziet in een nieuw subsidiekader voor intergemeentelijke samenwerkingsprojecten inzake woonbeleid voor de periode 2026-2031. Een belangrijke voorwaarde voor het verkrijgen van projectsubsidies is dat het werkingsgebied minstens drie gemeenten omvat. De Vlaamse minister van Wonen kan hiervan afwijken, mits hiervoor een gemotiveerd verzoek wordt ingediend (afwijking op artikel 2.11, eerste lid, 2°).

 

De Colleges van Burgemeester en Schepenen van Riemst (11 juni 2025) en Voeren (12 juni 2025) keurden daarom een gemotiveerde afwijkingsaanvraag goed. Deze werd op 17 juni 2025 bezorgd aan de Vlaamse minister van wonen en op 18 juni 2025 volledig verklaard. Op 16 juli 2025 werd een schrijven ontvangen van minister Depraetere met daarin de weigering van de afwijkingsaanvraag. Wonen in Vlaanderen oordeelde dat op basis van de in de afwijkingsaanvraag aangehaalde argumenten niet kan gesteld worden dat een uitbreiding van het werkingsgebied van IGSW Zuidoost-Limburg met andere (Haspengouwse / Zuid-Limburgse) gemeenten niet gewenst of niet mogelijk zou zijn. Volgens Wonen in Vlaanderen werden de mogelijkheden voor een herclustering om te komen tot een werkingsgebied dat zowel geografisch als beleidsmatig logisch is, én beantwoordt aan de minimum schaalgrootte van drie gemeenten, onvoldoende verkend. Tegelijkertijd geeft Wonen in Vlaanderen aan dat de aangehaalde redenen voor de onmogelijkheid tot uitbreiding van het werkingsgebied van het IGS met een extra gemeente (cfr. Bilzen-Hoeselt, Lanaken en Alken) aannemelijk zijn.

 

Op het beheerscomité van het IGSW ZOL op 25 juli 2025, werd de beslissing van de minister om geen afwijking toe te staan op het werkingsgebied met 2 gemeenten, grondig besproken. Tijdens dit overleg werd opgemerkt dat de IGS’en Mombeek en Wijers en Zuidoost Limburg geconfronteerd werden met een fusie, waardoor het werkingsgebied voor het IGSW ZOL reeds kleiner werd op 1/1/2025 en bij het IGSW Mombeek en Wijers op 1/1/2026. Het beheerscomité van het IGSW ZOL is verbaasd dat de afwijkingsaanvraag van het IGSW Mombeek en Wijers wel werd goedgekeurd en deze van IGSW ZOL niet. Beide IGS’en werden geconfronteerd met fusies, alleen verschilt het effect hiervan 1 jaar.

 

Middels het BVR op het lokaal woonbeleid van 14 maart 2025, werden enkele aanpassingen doorgevoerd aan de regelgeving, van toepassing vanaf 1/1/2026. Artikel 2.11, eerste lid, 3° van het Besluit Vlaamse Codex Wonen stelt dat het project dient te bestaan uit minstens evenveel of meer gemeenten als het project waarvan de subsidiëringsperiode eindigt op 31 december 2025 conform deze titel, zoals van kracht op 8 januari 2024. IGSW ZOL voldoet aan deze voorwaarde.

 

Artikel 2.11, eerste lid, 2° van het Besluit Vlaamse Codex Wonen stelt dat het werkingsgebied van een project uit minstens drie gemeenten dient te bestaan. IGSW ZOL voldoet niet aan deze voorwaarde.

 

Echter, artikel 2.11, tweede lid van het Besluit Vlaamse Codex Wonen voorziet dat de minister een afwijking op deze voorwaarden kan toestaan, op voorwaarde dat de initiatiefnemer uiterlijk op het moment van de subsidieaanvraag een gemotiveerd verzoek indient.

 

Op het beheerscomité van het IGSW ZOL op 25 juli 2025, werd de beslissing van de minister om geen afwijking toe te staan op het werkingsgebied met 2 gemeenten, grondig besproken. Het beheerscomité besliste om de mogelijkheden tot herclustering opnieuw grondig te verkennen om zodoende het IGSW ZOL te kunnen versterken en op die manier een aanvraagdossier in te dienen voor het bekomen van een subsidie voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031.

 

Samenwerking met andere gemeenten zou een technische oplossing kunnen bieden voor de voorwaarde van een werkingsgebied met minimaal drie gemeenten. Verschillende constellaties werden daarom overlopen en overwogen. Dit leidde telkens tot het besluit dat de inhoudelijke meerwaarde bij elke optie ontbrak.

 

Na grondig onderzoek en bijkomende actie en motivering, wensen beide gemeenten dan ook opnieuw een afwijking aan te vragen om de IGS-werking met twee gemeenten verder te kunnen zetten vanaf 1 januari 2026. De motivatie om een dynamisch woonbeleid te voeren neemt voor beide besturen niet af door de krimp van het partnerschap. De samenwerking van beide gemeenten loopt intussen al 20 jaar in optimale omstandigheden.

 

De uitgebreid gemotiveerde nieuwe afwijkingsaanvraag werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van 27 augustus 2025 en wordt eveneens ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad op 8 september 2025. Deze afwijkingsaanvraag zal gelijktijdig, en ten laatste op 30 september, met het door de gemeenteraad goedgekeurde projectaanvraagdossier voor het bekomen van een subsidie voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031 ingediend worden bij de Vlaamse minister van wonen.

 

Indien deze afwijkingsaanvraag wordt goedgekeurd door de minister, kan een verderzetting van het intergemeentelijk samenwerkingsverband Zuidoost Limburg ook in de volgende projectperiode aanspraak maken op een jaarlijkse Vlaamse subsidie.

 

Beide besturen hebben de intentie uitgesproken om de samenwerking verder te zetten en opnieuw Stebo vzw als projectuitvoerder op te nemen in het project. In overleg met beide gemeenten werd het activiteitenkader per gemeente vastgelegd en verder uitgewerkt. Er werden afspraken gemaakt over de taakverdeling tussen projectuitvoerder en de gemeente voor elk initiatief en er werd een selectie van eigen initiatieven overeengekomen.

 

Op 27 mei 2025 vond een verkennend overleg plaats tussen de initiatiefnemers en Wonen in Vlaanderen waarbij de eigen initiatieven en het plan van aanpak inhoudelijk werden besproken. Het verslag ervan werd bezorgd aan Wonen in Vlaanderen op 2/6/2025. Het agentschap had geen opmerkingen bij het verslag.

 

Projectplan en subsidiëring

Het nieuwe BVR lokaal woonbeleid 5.0 bouwt voort op de drie (Vlaamse) beleidsprioriteiten uit de vorige projectperiode, zijnde:

  1. De gemeente zorgt voor een divers en betaalbaar woonaanbod in functie van de woonnoden;
  2. De gemeente werkt aan de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving;
  3. De gemeente informeert, adviseert en begeleidt inwoners met vragen over wonen.

 

Bij de uitvoering van deze beleidsprioriteiten wordt bijzondere aandacht besteed aan:

        de meest woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden;

        transversale en bovenlokale thema’s die raakpunten hebben met wonen.

 

Binnen dit kader worden basisinitiatieven geformuleerd die verplicht uitgevoerd worden in alle gemeenten en basisinitiatieven die verplicht zijn voor gemeenten in een intergemeentelijk samenwerkingsverband. In ruil voor de uitvoering van deze initiatieven ontvangen de deelnemende gemeenten een basissubsidie, berekend op basis van het aantal private huishoudens en het aandeel huurwoningen binnen het werkingsgebied. Voor Riemst en Voeren bedraagt deze basissubsidie 78.500 euro per jaar.

 

Daarnaast biedt het BVR lokaal woonbeleid 5.0 de mogelijkheid om eigen initiatieven op te nemen in het projectplan, mits het opstellen van een plan van aanpak. Deze initiatieven worden forfaitair gesubsidieerd, afhankelijk van het aantal deelnemende gemeenten aan het IGS. Voor Riemst en Voeren bedraagt deze bijkomende subsidie 10.000 euro per jaar.

 

De voorgestelde eigen initiatieven in het plan van aanpak voor de periode 2026-2031 zijn afgestemd op concrete woonthema’s en uitdagingen op het grondgebied van de deelnemende gemeenten:

  1. Onderzoek naar dorpsversterking binnen de krijtlijnen van het Ruimtepact 2040 en de ruimtelijke randvoorwaarden (uit te voeren door de gemeente Voeren);
  2. Het CA als onderdeel van een actief woningkwaliteitsbeleid (uit te voeren door beide gemeenten);
  3. Afsprakenkader PLUS met de Woonmaatschappij (uit te voeren door beide gemeenten);
  4. Technisch advies en sociale begeleiding voor de meest kwetsbare inwoners (uit te voeren door beide gemeenten).

 

Om in aanmerking te komen voor de Vlaamse subsidie, moet uiterlijk 30 september 2025 een nieuw inhoudelijk projectplan worden ingediend bij Wonen in Vlaanderen. Dit plan dient voorafgaand te worden goedgekeurd door de gemeenteraden van de betrokken gemeenten in het IGS en door de Raad van Bestuur van de projectuitvoerder Stebo vzw.

 

Energiehuizen

Volgens het BVR betreffende de Energiehuizen zijn gemeenten verplicht om een energieloket aan te bieden aan hun inwoners. Waar het tot nu toe aanbevolen was om dit te combineren met een woonloket, wordt er in het nieuwe BVR lokaal woonbeleid verplicht om vanaf 1/1/2028 in elke gemeente een geïntegreerd woon- en energieloket te voorzien.Zowel in Riemst als in Voeren is sinds de vorige projectperiode reeds een dergelijk geïntegreerd woon- en energieloket operationeel. Hier staat een cofinanciering van het Energiehuis tegenover.

 

Begroting

Op basis van de voorbereidende gesprekken met de gemeenten en het verkennend overleg met Wonen in Vlaanderen werd door initiatiefnemer Stebo vzw een ontwerpbegroting opgesteld voor de projectperiode 2026-2031.

 

Voor de berekening van de personeelsinzet werd het aantal benodigde netto mensdagen per medewerkersprofiel ingeschat, op basis van de taken die door de projectuitvoerder zullen worden opgenomen. Deze werden aangevuld met mensdagen voor omkaderend personeel, alsook tijdsinzet voor projectuitvoering, -rapportage en -opvolging, overleg, afstemming en opleiding. Daarnaast werden de werkingskosten berekend. Dit resulteerde in een totaalkost voor de uitvoering van zowel de basisinitiatieven als de eigen initiatieven.

 

In de gemeente Riemst wordt bijkomende personeelsinzet gevraagd voor extra ondersteuning bij het uitvoeren van de aanpak leegstand, de aanpak verwaarlozing en bijkomende woningcontroles en technisch advies naar aanleiding van de mogelijke invoering van een verplicht CA voor huurwoningen. Dit valt buiten het gewone aanbod van de projectuitvoerder dat voor alle gemeenten gehanteerd wordt. Maar omdat deze taken wel passen in de doelstellingen van het BVR Lokaal Woonbeleid, worden hiervoor geen subsidies in mindering gebracht, maar wordt het bedrag volledig doorgerekend aan deze gemeente.

 

Om de totale kosten van het project te dragen, is naast de subsidie van de Vlaamse overheid (88.500 euro, onder voorbehoud van goedkeuring van het projectplan en de afwijkingsaanvraag) en de bijdrage van het Energiehuis (4.290 euro) voor de uitvoering van het geïntegreerd woon- en energieloket ook cofinanciering door de betrokken gemeenten nodig. De ontwerpbegroting vertrekt van een verdeelsleutel voor de gemeentelijke cofinanciering, waarbij rekening wordt gehouden met het aantal mensdagen dat per gemeente nodig is voor de uitvoering van de taken door de projectuitvoerder. Deze taakverdeling werd vastgelegd tijdens de voorbereidende overlegmomenten tussen de gemeenten en de projectuitvoerder.

 

Subsidieaanvraag

De subsidieaanvraag werd opgesteld op basis van het sjabloon dat door Wonen in Vlaanderen ter beschikking werd gesteld. Volgende items werden opgenomen:

        een beschrijving van het werkingsgebied van het project;

        een engagementsverklaring van de deelnemende gemeenten voor de uitvoering van de basisinitiatieven;

        een plan van aanpak voor de gekozen eigen initiatieven;

        de ledenlijst van de stuurgroep;

        een bewijs van oprichting van het intergemeentelijk samenwerkingsverband.

 

De opvolging en rapportage van het project gebeurt conform het BVR lokaal woonbeleid, via een stuurgroep waarin minstens één mandataris per gemeente zetelt. Deze stuurgroep komt verplicht tweemaal per jaar samen.

 

De gemeenten Riemst en Voeren leggen het projectplan met bijhorend financieringsplan ter goedkeuring voor aan hun respectieve gemeenteraden. Stebo vzw legt het plan voor aan haar Raad van Bestuur.

 

Juridische gronden

Gelet op volgende decreten en uitvoeringsbesluiten:

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 betreffende de openbaarheid van bestuur;

        Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder deel 2, titel 7 betreffende het bestuurlijk toezicht

        Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder deel 2, titel 1, hoofdstuk 1, afdeling 3, over de bevoegdheden van de gemeenteraad.

        Het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, boek 2, titel 4, betreffende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid

        Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 tot wijziging van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, wat betreft het lokaal woonbeleid, in het bijzonder de invoering van een nieuw subsidiekader voor intergemeentelijke samenwerkingsprojecten rond woonbeleid

 

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 1 juli 2019 tot oprichting van het intergemeentelijk samenwerkingsverband IGSW Zuidoost Limburg volgens het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, met als werkingsgebied Hoeselt, Riemst en Voeren en als projectuitvoerder vzw Stebo;

 

Gelet op de oprichting van de interlokale vereniging IGSW Zuidoost Limburg op 2 juli 2019;

 

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 1 juli 2019 waarin het projectplan IGS Zuidoost Limburg wordt goedgekeurd, later goedgekeurd door de Minister van Wonen op 19 december 2019;

 

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 oktober 2024 tot uittreding van de samengevoegde gemeente Hoeselt uit het IGSW Zuidoost Limburg en tot goedkeuring van de aangepaste statuten van het IGSW Zuidoost Limburg;

 

Gelet op het collegebesluit van 11 juni 2025 tot goedkeuring van de eerder ingediende afwijkingsaanvraag bij de minister op het werkingsgebied met 3 gemeenten, waarbij op 16 juli 2025 van de Vlaamse minister een weigering werd ontvangen;

 

Gelet op het collegebesluit van 9 juli 2025 tot principiële goedkeuring van de verlenging van de intergemeentelijke samenwerking tussen de gemeenten Riemst en Voeren en de projectuitvoerder Stebo vzw, van het ontwerp-projectplan en van de ontwerpbegroting die voorziet in een jaarlijkse cofinanciering door de gemeente;

 

Gelet op het collegebesluit van 27 augustus 2025 tot goedkeuring van een nieuwe gemotiveerde afwijkingsaanvraag op het werkingsgebied met 3 gemeenten;

 

Overwegende dat de gemeente samenwerkt voor het lokaal woonbeleid met de gemeente Voeren en projectuitvoerder Stebo vzw, in het intergemeentelijk samenwerkingsverband IGSW Zuidoost Limburg. De huidige projectperiode loopt af op 31 december 2025. Voor het werkingsjaar 2025 voorziet elke gemeente in cofinanciering om de kost van het IGS deels te dragen. Voor Riemst bedraagt deze kost 67.884,76 euro in 2025. De andere kosten worden gedragen door Vlaamse subsidie en cofinanciering door het Energiehuis Limburg;

 

Overwegende dat de Vlaamse Regering op 14 maart 2025 besliste over de invoering van een aangepast subsidiekader voor intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid voor de projectperiode 2026-2031;

 

Gelet op de jaarlijkse rapportage over de projectwerking van deze samenwerkingen aan de gemeenteraad;

 

Overwegende dat de lopende projectwerking bijgedragen heeft aan het opmaken van een visie op wonen, het faciliteren van betaalbaar en divers woonaanbod, en aan de versterking en uitbouw van de gemeentelijke werking zoals de dienstverlening aan de burgers via de loketwerking, de systematisering van de woonkwaliteitsbewaking en het leegstandsbeleid;

 

Overwegende dat het intergemeentelijk samenwerkingsverband beroep kan doen op een projectuitvoerder zoals vzw Stebo, dat een team van experten ter beschikking stelt voor de uitvoering van de afgesproken werkzaamheden, zoals vastgelegd in het projectplan en zoals overeengekomen in de taakverdeling tussen projectuitvoerder en de gemeente;

 

Gelet op het projectplan, dat opgemaakt werd in overleg met de gemeenten en de projectuitvoerder volgens de modaliteiten van Wonen in Vlaanderen, en dat de volgende zaken bevat: subsidieaanvraag voor een intergemeentelijk project ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid 2026-2031 met daarin het engagement voor het uitvoeren van de basisinitiatieven, plan van aanpak met overzicht van de eigen initiatieven, de ledenlijst van de stuurgroep, het bewijs van de oprichting van het intergemeentelijk samenwerkingsverband en de financiële en inhoudelijke begroting van het hele IGS van de activiteiten voor de projectperiode 2026-2031;

 

Gelet op het verkennend overleg dat plaatsvond op 27/5/2025, waarbij vertegenwoordigers van de projectuitvoerder, de gemeenten en Wonen in Vlaanderen aanwezig waren, en waar de eigen initiatieven en het plan van aanpak uitvoerig besproken werden;

 

Overwegende dat de initiatieven steeds uitgevoerd worden in samenspraak tussen gemeente en projectuitvoerder waarbij de gemeente steeds de regierol opneemt en de projectuitvoerder de rol van uitvoerder;

 

Overwegende de afspraak dat de projectuitvoerder de gemeente Riemst met bijkomende inspanningen zal bijstaan voor het uitvoeren van taken rond de aanpak leegstand, verwaarlozing en het uitvoeren van bijkomende woningcontroles en technisch advies in kader van de mogelijke verplichting van een CA voor huurwoningen;

 

Overwegende dat de rapportage van het project, conform het BVR lokaal woonbeleid, wordt opgevolgd door een stuurgroep waarin minstens één mandataris per gemeente is vertegenwoordigd en dat deze stuurgroep verplicht tweemaal per jaar samenkomt;

 

Overwegende de ontwerpbegroting voor het intergemeentelijk samenwerkingsverband voor de volgende 6 kalenderjaren, die uitgaat van een verdeelsleutel voor de verdeling van de gemeentelijke cofinanciering à rato van het aantal benodigde mensdagen voor deze gemeente, en die een inschatting maakt van de Vlaamse financiering volgens het nieuwe BVR Lokaal Woonbeleid en de cofinanciering door het Energiehuis;

 

Overwegende dat de gemeenten Riemst en Voeren het projectplan 2026-2031 met bijhorend financieringsplan ter goedkeuring voorleggen aan hun respectieve gemeenteraden, en de vzw Stebo aan haar raad van beheer.

 

Adviezen

In overleg met de projectpartner Gemeente Voeren werd beslist om een tweejaarlijkse evaluatie/terugkoppeling te krijgen over de begroting en de effectief ingezette mensdagen.

 

Financiële weerslag

Het gedetailleerde overzicht van de budgetten voor de volledige werkingsperiode is te vinden in de “financiële en inhoudelijke begroting van de activiteiten voor de hele projectperiode” die wordt toegevoegd in bijlage.

 

Cofinanciering gemeente Riemst

2026

2027

2028

2029

2030

2031

Basisinitiatieven en Eigen initiatieven

€ 44.113,97

€ 46.308,77

€ 48.448,52

€ 50.685,08

€ 53.184,16

€ 55.793,58

Uitbreiding: opvolging leegstand + verwaarlozing + uitvoering WKonderzoeken en TA ikv verplicht CA

€ 29.852,08

€ 30.968,29

€ 32.127,59

€ 33.331,67

€ 34.582,30

€ 35.881,30

Totaal 

€ 73.966,05

€ 77.277,06

€ 80.576,11

€ 84.016,75

€ 87.766,46

€ 91.674,88

 

Bij goedkeuring door de gemeenteraad zullen de nodige budgetten voorzien worden in de MJP2631.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Cultuur

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN TOEPASSING VOOR HET GEBRUIK VAN HET LOKAAL IN GBS DE DRIESPRONG DOOR DE GESCHIEDKUNDIGE KRING MILLEN

 

Aanleiding, feiten, context

De geschiedkundige kring Millen maakt vanaf 1 juli 2025 gebruik van een ruimte in het gebouw van GBS De Driesprong, gelegen aan de Kattestraat 7 te Riemst. Deze ruimte is eigendom van de gemeente Riemst en wordt ter beschikking gesteld in het kader van de organisatie van heemkundige activiteiten. Het gebruik is vastgelegd in een gebruiksovereenkomst van onbepaalde duur, afgesloten tussen de geschiedkundige kring en de gemeente. Het is wenselijk om het afsprakenkader vast te leggen in een huishoudelijk reglement voor de dagelijkse werking te garanderen.

 

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het huishoudelijk reglement voor het gebruik van een lokaal in GBS De Driesprong door de geschiedkundige kring Millen goed te keuren.

 

Juridische gronden

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 56 handelt over de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

        Gemeenteraadsbesluit van 16 juni 2025: goedkeuring gebruiksovereenkomst heemkundige kring Millen

 

Adviezen

Dienst cultuur: positief advies

Dienst gebouwen/technische dienst: positief advies

Directie GBS De Driesprong: positief advies

Geschiedkundige kring Millen: positief advies

 

Argumenten

Om het gebruik van de ruimte in GBS De Driesprong vlot en correct te laten verlopen, zijn duidelijke afspraken nodig. Hierdoor is het wenselijk om een huishoudelijk reglement op te stellen. Het huishoudelijk reglement kwam tot stand in samenwerking met alle betrokken partijen. Zij hebben ieder voor zich input kunnen geven en zijn akkoord met de voorgelegde versie.

 

Financiële weerslag

Niet van toepassing

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Jeugd

SPEEL- EN ONTMOETINGSPLAN EN SPEELKAART: TERUGKOPPELING VAN DE RESULTATEN

 

Aanleiding, feiten, context

Tijdens het college van burgemeester en schepenen van 18 oktober 2023 werd de opmaak van een speel- en ontmoetingsplan en een bijbehorende speelkaart goedgekeurd. Het speel- en ontmoetingsplan is een planningsinstrument om op een effectieve en efficiënte manier te werken aan een transparant en goed uitgebalanceerd speel- en ontmoetingsweefsel binnen onze gemeente. Voor de opmaak van dit plan werden bestaande studies en bevindingen gecombineerd met aanvullend veldonderzoek (eveneens door inspraak en participatie). Het plan helpt ons kansen/toekomstmogelijkheden in kaart te brengen en daarop in te zetten.

Daarnaast is het uiteindelijke eindproduct, de speelkaart, een grote meerwaarde voor de kinderen in Riemst en voor gezinnen met kinderen die Riemst bezoeken.

Het speel- en ontmoetingsplan en de speelkaart zijn gefinaliseerd i.s.m. Speelplan. De gemeenteraad neemt kennis van deze documenten en keurt ze goed in de huidige vorm.

 

Juridische gronden

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017: art. 56 handelt over de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen

        Collegebesluit van 31/12/2023: handelt over het ontwerp van een speel- en ontmoetingsplan en speelkaart.

 

Adviezen

        Dienst Communicatie: positief - in overleg opgesteld

        Technische Dienst: positief - in overleg opgesteld

        Dienst Vrije Tijd: positief - in overleg opgesteld

 

Argumenten

Het speel- en ontmoetingsplan biedt mogelijkheden om een toekomstplan op te stellen voor de (her)inrichting van speel- en ontmoetingsplekken. De speelkaart is daarnaast een mooie plus voor kinderen en gezinnen om te weten welke plekken er binnen onze gemeente zijn en hoe ze zich kunnen bewegen. De kaart en het plan worden vanzelfsprekend regelmatig geüpdatet om veranderingen mee te nemen.

Het speel- en ontmoetingsplan is een intern document, de speelkaart wordt digitaal en waar nodig fysiek ter beschikking gesteld. Na goedkeuring van de definitieve versie maken de dienst Jeugd en Communicatie een plan op rond de voorstelling van de speelkaart.

 

Financiële weerslag

Er zijn geen financiële kosten verbonden.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Jeugd

VERLENGING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST JAC

 

Aanleiding, feiten, context

De gemeenteraad keurde in 2023 de eerste samenwerkingsovereenkomst voor de uitbouw van een JAC (= JongerenAdviesCentrum) goed. Het JAC maakt deel uit van het CAW, het Centrum Algemeen Welzijnswerk. Waar het CAW zich inzet voor het welzijn van volwassenen, richt het JAC zich op de jongeren.  

Dit project werd jaarlijks positief geëvalueerd. Vele riemsterse jongeren vinden hun weg naar het JAC.

 

Aan de gemeenteraad wordt goedkeuring gevraagd om deze samenwerkingsovereenkomst met CAW vioor het JAC te verlengen voor de komende periode van 3 jaar.

 

Juridische gronden

        Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017: art. 41 handelt over de bevoegdheden van het gemeenteraad

        Collegebesluit van 03/07/2023 handelt over de opstart van het JAC en de samenwerkingsovereenkomst

        Gemeenteraadsbesluit van 23/06/2023 handelt over de opstart van het JAC en de samenwerkingsovereenkomst

        AC000133: Werken aan een gezonde geest in een gezond lichaam wordt steeds belangrijker en daarom stimuleren.

        AC000086: Riemst onderzoekt de noden en behoeften van kinderen en jongeren

 

Adviezen

        Advies JAC: ok - locatie en verderzetting samenwerking.

        Advies Huis van het Kind Riemst (Herderen): ok - locatie en verderzetting.

        Advies stad Bilzen-Hoeselt: ok – verderzetting samenwerking.

        Advies dienst Jeugd: ok – locatie en verderzetting

        Advies BKO: ok - locatie en verderzetting

        Advies Sociaal Huis: ok - verderzetting

 

Argumenten

De jongeren kunnen bij het JAC terecht met allerhande vragen over alleen wonen, seks en relaties, zich goed onze gemeente.in hun vel voelen, vrienden en familie, school en vrije tijd, administratie en geld, gezondheid, Een hulpverlener luistert naar hun verhaal en bekijkt samen met hen hoe zij ondersteund kunnen worden. Inzetten op mentaal welzijn bij jongeren is zeer belangrijk. Het JAC is een laagdrempelig aanbod binnen …

 

Voor de uitbouw van het JAC is er een samenwerking met onze buurgemeente Bilzen-Hoeselt. De JAC-medewerker van Riemst is halftijds (0,5 VTE) aan de slag binnen JAC Bilzen-Hoeselt-Riemst. De medewerker werkt op dit moment wekelijks op dinsdagnamiddag in Riemst en in de volgende week bijkomend op woensdag een hele dag. Zowel op dinsdagnamiddag als woensdag wordt het JAC druk bezocht door onze Riemstse jongeren. Op de andere dagen werkt de medewerker voor Bilzen-Hoeselt.

Binnen specifiek Bilzen-Hoeselt is er bijkomend nog een halftijdse JAC-medewerker aan de slag, waardoor er een goede wisselwerking en uitwisseling tussen de twee halftijdse medewerkers. Zij kunnen dan onderling afstemmen waar er op dat moment bijvoorbeeld extra ondersteuning of meer tijd nodig is. De medewerkers stellen zich flexibel op ten opzichte van het voorgestelde schema. De inzet voor Riemst komt neer op een 20 % of 1/5de opdracht.

 

 


Financiële weerslag

De vergoeding aan vzw CAW Limburg bedraagt 15.818,42 euro per jaar en vangt de periode van 15/09/2025 tot en met15/09/2028. Het bedrag van 15.818,42 euro is jaarlijks in januari mogelijks indexeerbaar. De facturatie gebeurt als volgt: 40 % bij aanvang van het contract, 40 % na 1/2 van de uitvoeringsperiode van het contract en 20 % na eindevaluatie per jaar.

 

De kost van dit samenwerkingsverband is reeds voorzien in het budget van 2025 onder de kredietsleutel: MJP000412, GEM 61690900/0750, AC000114

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Dorpen- en gezondheidsbeleid

OVEREENKOMST INTEGRA

 

Aanleiding, feiten, context

Integra is een ambulante Geestelijke Gezondheidszorg voorziening in Limburg. Zij bieden een preventie- en zorgaanbod aan rond geestelijke gezondheidsthema’s , inclusief middelenmisbruik, verslaving , gokken en gamen , psychosociale revalidatie , mentale beperking, forensische zorg  en dit zowel voor kinderen, volwassenen en ouderen.

Integra is sinds 2023 een fusie van zorGGroep Zin ( voorheen CAD Limburg en VGGZ ) het centrum voor geestelijke gezondheidszorg DAGG en het centrum voor psychosociale revalidatie Validag.

 

In het kader van de middelenproblematiek had CAD Limburg voor haar toegankelijk preventie – en ambulant verslavingszorg-aanbod reeds jaren een samenwerkingsovereenkomst met alle Limburgse Lokale besturen, dat binnen de nieuwe organisatie Integra wordt gecontinueerd.

Het Centrum voor Alcohol en andere Drugproblemen (CAD) Limburg vzw heeft een overeenkomst met het gemeentebestuur van Riemst. Deze is bekrachtigd in de gemeenteraadsbeslissing van 14/09/2015 en loopt tot 31/12/2025.

In deze overeenkomst zijn de lijnen en de afspraken over de alcohol-, drug-, gok- en andere drugspreventie en de ambulante verslavingszorg binnen onze gemeente vastgelegd.

De kostprijs voor deze ondersteuning bedraagt maximum 0.6649 €/inwoner (jaarlijks indexeerbaar).

 

Vzw Integra vraagt om deze overeenkomst te verlengen vanaf 1/1/2026 voor onbepaalde duur.

  

Juridische gronden

        Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017

        Besluit van de Vlaamse Regering inzake cliëntbijdragen van 5 oktober 2012

        Gemeenteraadsbeslissing van 14 september 2015

 

Adviezen

        dienst gezondheid: positief advies

        OCMW: positief advies

        dienst jeugd: positief advies

 

Argumenten

In het beleidsplan 2024 - 2030 van de gemeente Riemst is opgenomen dat het gemeentebestuur wil investeren in een integrale preventieve gezondheidsaanpak. Verslaving is hierbij één van de zes gezondheidsthema's. Om de juiste acties uit te werken startte het gemeentebestuur in 2025 alvast met het uitwerken van een omgevingsanalyse.

 

Financiële weerslag

De kostprijs voor deze ondersteuning bedraagt maximum 0.6649 €/inwoner (jaarlijks indexeerbaar).

Er is een budget van 10.000 € voorzien in het budget op de registratiesleutel MJP000478.

Dit budget is onvoldoende. Er dient in 2026 een bedrag van maximaal 11305 € voorzien te worden, dat jaarlijks geïndexeerd wordt

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Aankoop

GOEDKEURING TOETREDING AANKOOPCENTRALE CREAT SERVICES

 

Aanleiding, feiten, context

CREAT Services treedt voor deze opdracht op als aankoopcentrale in de zin van artikelen 2, 6°, a), 2, 7°, a) en 47 van de wet van 17 juni 2016 van de wet op de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Gezien  de aanbestedende overheid die een beroep doet op een aankoopcentrale als bedoeld in artikelen 2, 6°, a), 2, 7°, a) en 47 van de wet van 17 juni 2016, vrijgesteld is van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.

Gemeente Riemst wenst toe te treden tot CREAT Services voor onder andere de afname van verschillende raamcontracten. (oa postbedeling)

De duur van de dienstverlenende vereniging (CREAT Services) is vastgesteld op 18 jaar, beginnend op 22 december 2017. Dit wilt zeggen dat we gebonden blijven aan deze aankoopcentrale tot 23 december 2035.

Om toe te treden als CREAT Services-deelnemer, moeten er aandelen gekocht worden. Voor gemeenten is dit 1 aandeel per volledig 5000 inwoners, en voor het OCMW geldt een vast aantal van 5 aandelen per entiteit. De waarde van 1 aandeel bedraagt € 1000,00 en dient voor ¼ volstort te worden.

CREAT vraagt een minimale afname van € 2.500,00 excl. btw, verspreid over het volledige kalenderjaar en over alle beschikbare raamovereenkomsten. Deze minimale afname zal pas ingaan vanaf 4 jaar na de toetreding. Als deze minimale afname niet bereikt wordt, zal er een administratieve kost van € 250,00 aangerekend worden.

 

Juridische gronden

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet).

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

TOEKENNING VAN DE TOELAGE IVM HERSTELLING ORGEL KERKBESTUUR ZICHEN-BOLDER

 

Aanleiding, feiten, context

Het college van burgemeester en schepenen heeft op 14/05/2025 toelating gegeven om de nodige werken tot herstel van het orgel als beschermd erfgoed te laten uitvoeren.

Er kan volgens het kerkbestuur worden uitgegaan van een regelmatige bespeling van het orgel tijdens misvieringen en concerten. Er is ook een samenwerking met de kunstacademie Riemst-Voeren om regelmatig optredens te organiseren. Tevens is orgelstudie opgenomen in het lessenpakket van de kunstacademie. Zie intentieverklaring van het kerkbestuur in bijlage.

 

Voor de herstelling van het orgel is er een overeenkomst tussen de orgelbouwer Koenraad Cools, bijgestaan door Marc Nagels en de kerkfabriek Zichen-Bolder.

Het bedrag van de werken bedraagt incl. BTW 32.428,00 €.

De subsidie toegekend door Onroerend Erfgoed bedraagt 60% van het bedrag excl. BTW (32.428,00 €  / 1.21 x 60% = 16.080,00 €) - zie bijlage.

Het te betoelagen bedrag door de gemeente Riemst bedraagt dus 16.348,00 €.

 

Het college vraagt de gemeenteraad de toelage toe te kennen aan het Kerkbestuur Zichen-Bolder.

 

Juridische gronden

        Art. 57 van het Decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten: een afschrift van de notulen van de kerkraad en het centraal kerkbestuur worden bezorgd aan de gemeenteoverheid;

        Art. 56 van het Decreet over het Lokaal Bestuur: handelt over de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR HERDEREN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Herderen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 13.377,78 euro.

Het tekort bij de investeringen bedraagt 435,24 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR KANNE

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Kanne heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 6.857,62 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 0,00 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR MEMBRUGGEN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Membruggen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 21.020,46 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 88.798,14 euro. Dit betreft het saldo van de verkoop van 2 bouwgronden voor aankoop en nog lopende verbouwing dorpszaal.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR MILLEN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Millen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding, behoudens de boeking van de afrekening exploitatiebijdrage 2023 : deze staat verkeerdelijk opgenomen onder Investeringen, rij U, code 45.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 5.032,98 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 10.260,55 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

19 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR RIEMST-HEUKELOM

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Riemst-Heukelom heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 17.480,57 euro.

Het tekort bij de investeringen bedraagt 831,03 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR VAL-MEER

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Val-Meer heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 5.246,15 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 0,00 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR VLIJTINGEN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Vlijtingen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 7.308,29 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 11.567,63 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR VROENHOVEN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Vroenhoven heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 2.656,51 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 6.247,39 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR ZICHEN-BOLDER

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Zichen-Bolder heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 5.668,55 euro.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 0,00 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR ZUSSEN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Zussen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het overschot in de exploitatie bedraagt 21.200,98 euro.

Het tekort bij de investeringen bedraagt 4.575,10 euro.

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2026 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2026.

 

BESLUIT:

19 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Kerkfabrieken

ADVISEREN REKENING 2024 KERKBESTUUR GENOELSELDEREN

 

Aanleiding, feiten, context :

Het kerkbestuur Genoelselderen heeft haar rekening 2024 ingediend via het centraal kerkbestuur en via Religiopoint.

De rekening is correct opgemaakt volgens de richtlijnen van de nieuwe boekhouding.

Het tekort in de exploitatie bedraagt 5.767,27 euro.

Opmerking: Er werd geen rekening gehouden met de leninglasten in de jaarrekening.

Het overschot bij de investeringen bedraagt 29.888,01 euro.

 

 

Het college van burgemeester en schepenen vraagt de gemeenteraad om de jaarrekening 2024 gunstig te adviseren.

 

Juridisch :

Het keizerlijk decreet van 30 december 1809 op de kerkbesturen;

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 54 en 55;

Het decreet van 6 juli 2012;

Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de kerkbesturen;

Het ministerieel besluit van 27 november 2006;

 

Financieel :

Het exploitatieresultaat wordt opgenomen in de begroting 2025 van de betrokken kerkfabriek en alzo verrekend met de gemeentelijke exploitatietoelage 2025.

 

BESLUIT:

20 stemmen voor: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

3 onthoudingen: Jan Peumans, Anita Beusen en Danny Lemmens

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Directiesecretariaat

GOEDKEURING NOTULEN GEMEENTERAAD VAN 07/07/2025

 

Aanleiding, feiten, context

De notulen van de gemeenteraad van 07/07/2025 worden ter goedkeuring voorgelegd.

 

Juridische gronden

Art. 32, 277 en 278 van het Decreet over het Lokaal Bestuur handelen over de vormvereisten, opmaak, beschikbaarstelling en bewaring van de notulen van de gemeenteraad.

 

BESLUIT:

eenparig

 

Aangenomen

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Directiesecretariaat

KENNISNAME ZITTINGSVERSLAG (AUDIO-OPNAME) VAN DE GEMEENTERAAD VAN 07/07/2025

 

Aanleiding, feiten, context

Zoals bepaald onder artikel 32 in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad dd. 03.02.2025 is het zittingsverslag een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.

 

De audio-opname is te raadplegen op de website van de gemeente.

 

Juridische gronden

Art. 32 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad Riemst van 3 februari 2025 handelt over de vormvereisten van het zittingsverslag van de gemeenteraad;

Titel 1. De politieke organisatie van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, hoofdstuk 1 van het Decreet over het Lokaal Bestuur regelt de werking, organisatie en bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

BESLUIT:

 

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Directiesecretariaat

VRAGEN RAADSLEDEN

 

Aanleiding, feiten, context

Zoals bepaald onder artikel 11 in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad dd. 03.02.2025 hebben de raadsleden het recht aan de leden van het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.

 

De schriftelijke vragen worden via e-mail gericht aan de algemeen directeur. Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord.

 

Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden maximaal twee mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de staan. De onderwerpen dienen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering van de gemeenteraad bezorgd te worden aan de algemeen directeur (i.c. uiterlijk woensdag om 24.00 uur indien de zitting van de gemeenteraad plaats heeft op maandag in de volgende week). De vragen kunnen per e-mail ingediend worden. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord tenzij de complexiteit van het antwoord bijkomende administratieve handelingen of onderzoek vereist waardoor er pas op een volgende zitting kan geantwoord worden.

 

De procedure van mondelinge vragen is beperkt tot de vraagstelling en het eventuele onmiddellijke antwoord van een lid van het college van burgemeester en schepenen. Het is de raadsleden toegestaan repliek op het antwoord te vragen waarbij een beperkte bespreking van het onderwerp mogelijk moet zijn. In geen geval wordt in de raad een uitvoerig debat over de gestelde vraag gevoerd of wordt de vraag staande de zitting omgevormd tot een agendapunt en ter stemming voorgelegd. Om over een onderwerp een debat te kunnen voeren dient dit deel uit te maken van de agenda van de betreffende raad, of al dan niet als bijkomend punt aan de agenda te worden toegevoegd. Hiertoe is vereist dat het onderwerp als agendapunt wordt vermeld.

 

Juridische gronden

Art. 11 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad van Riemst van 3 februari 2025 schrijft de werkwijze i.v.m. stellen van vragen door raadsleden voor;

Titel 1. De politieke organisatie van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, hoofdstuk 1 van het Decreet over het Lokaal Bestuur regelt de werking, organisatie en bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

BESLUIT:

 

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Milieu

BIJKOMEND DAGORDEPUNT INGEVOLGE ART. 21 VAN HET DECREET OVER HET LOKAAL BESTUUR - JAN PEUMANS - STAND VAN ZAKEN UITGRAVING GROEVE TE EBEN-EMAEL

 

Sinds 1977 baat CBR de groeve uit op het grondgebied van de gemeente Bitsingen deelgemeente Eben Emael. De groeve is gelegen boven het grondwaterlichaam RWMD 040 wat zich uitstrekt over Vlaanderen , Wallonie en Nederland. Ondergronds begeeft het grondwater zich richting Riemst.

Indertijd is afgesproken en vergund dat de groeve volgens een gesloten grondbalans werkt. De vruchtbare gronden worden opgeslagen en vervolgens terug in de groeve gereden na uitgraving van de mergel.

Nu blijkt men anders te werken. Goede grond wordt verkocht aan de steenfabrieken en slechte grond wordt aangevoerd naar de groeve.

daar zit overigens ook het probleem. Het is een nieuw verdienmodel ten voordele van  Heidelberg cement en ten nadele en kosten van de burgers.

De aanvoer van vervuilde grond naar de groeve is inmiddels bewezen door een aantal grondstalen die men genomen heeft en waaruit blijkt dat van de 11 monsters en 6 niet voldoen aan de indeling van de grond in klasse 1 en 2 respectievelijk natuur en landbouw. Meer nog twee monsters bevatten zware metalen...

gezien de groeve uitgraaft tot op bijna het grondwaterniveau is risico voor vervuiling van het grondwater en dus ook ons drinkwater aanwezig.

Ik wens antwoord op de volgende vragen

1. Welke contacten heeft de gemeente nog gehad met het bedrijf CBR sinds de deelname aan de werkgroep rond de uitbreiding van de groeve? Zijn hierover verslagen? Zo ja graag afschrift. 

2. Indien geen overleg meer is geweest lijkt het niet verstandig om regelmatig overleg te hebben over goed nabuurschap inzake leefmilieu; stofoverlas, geluidsoverlast, zwaar vrachtverkeert enz.?

3. Is de gemeente op de hoogte van de bemonstering van grondstalen die bekend werden gemaakt door de VZW Goed leven in de Jeker  die overigens door de Waalse Minister vanLeefmilieu nu erkend is als milieuvereniging?

4. Heeft de gemeente terzake overleg gehad met deze VZW? Zo ja wanneer en waarover?

5. is het niet zinvol dat de gemeente contact opneemt met de Watergroep omdat enkele gemeenten in Riemst water ontvangen uit Wallonie om te informeren in hoeverre de Watergroep op de hoogte is van de aanvoer van vervuilende stoffen via vervuilde grond  in de groeve te Bassenge?

6. Welke concrete stappen denkt de gemeente te ondernemen om CBR te wijzen op het niet naleven van de vergunning door aanvoer van vervuilde gronden die een risico inhouden voor de vervuiling van het grondwater?

   7. De gemeente Riemst zou er goed aan doen om lid te worden van deze vzw die niet alleen nuttig werk verricht maar die bovendien taken opneemt die in feite  door de Waalse en Vlaamse overheid zou moeten gebeuren? wat denkt u van dit voorstel?

  8. Het lijkt mij ook logisch dat de gemeente aan de Vlaamse Milieu Maatschappij(VMM) vraagt om terzake actie te ondernemen? Welke stappen denkt u terzake te ondernemen.

9; Kent U de rapporten van SPW

Voorstel aan de gemeenteraad om een volledige toelichting te geven door het college over de actuele stand van zaken van de uitgraving van de groeve te Eben Emael en actie te ondernemen ter bescherming van het grondwater in Riemst en brede omgeving.

 

De Burgemeester antwoordt:

 

1. Welke contacten heeft de gemeente nog gehad met het bedrijf CBR sinds de deelname aan de werkgroep rond de uitbreiding van de groeve? Zijn hierover verslagen? Zo ja graag afschrift.

 

De milieuambtenaar zit in de werkgroep (burgerpanel).

 

De milieuambtenaar wordt ook uitgenodigd voor de vergaderingen van het begeleidingscomité van Heidelberg Materials Benelux (CBR). Voor het begeleidingscomité van 04-09-2024 werd de milieuambtenaar niet uitgenodigd (verslag van 04-09-2024 in bijlage). Voor het begeleidingscomité van 24-09-2025 werd de milieuambtenaar wel uitgenodigd.

 

2. Indien geen overleg meer is geweest lijkt het niet verstandig om regelmatig overleg te hebben over goed nabuurschap inzake leefmilieu; stofoverlast, geluidsoverlast, zwaar vrachtverkeert enz.?

 

Er is overleg met CBR. Als we klachten ontvangen, wordt met CBR contact opgenomen. We hebben de voorbije 3 jaar echter geen klachten ontvangen.

 

3. Is de gemeente op de hoogte van de bemonstering van grondstalen die bekend werden gemaakt door de VZW Goed leven in de Jeker die overigens door de Waalse Minister vanLeefmilieu nu erkend is als milieuvereniging?

 

De gemeente Riemst is op de hoogte dat er grondstalen werden genomen en heeft gevraagd of vzw Goed Leven in de Jekervallei de resultaten van deze grondstalen kan delen met de gemeente.

 

4. Heeft de gemeente terzake overleg gehad met deze VZW? Zo ja wanneer en waarover?

 

Er is op 02/09 telefonisch contact geweest met de VZW Goed leven in de Jekervallei. Er werd gevraagd of we de resultaten van de grondstalen kunnen krijgen. Dit wordt door de vzw Goed leven in de Jekervallei besproken in hun volgende vergadering.

 

5. is het niet zinvol dat de gemeente contact opneemt met de Watergroep omdat enkele gemeenten in Riemst water ontvangen uit Wallonie om te informeren in hoeverre de Watergroep op de hoogte is van de aanvoer van vervuilende stoffen via vervuilde grond in de groeve te Bassenge?

 

De winning Bassenge (Bitsingen) werd in 2022 integraal overgedragen aan SWDE, en levert actueel geen drinkwater meer aan de distributienetten in onze regio oost (Limburg).

Ter hoogte van reservoir Gibet is er wel een noodverbinding met Wallonië gebleven. Deze verbinding is sedert de overdracht van installaties nog niet ingezet. Zou deze toch in geval van nood dienen geopend te worden, dan zal De Watergroep eerst kwaliteitscontroles uitoefenen.

Het water dat in Riemst uit de kraan stroomt, wordt geproduceerd in WPC Bilzen.

 

6. Welke concrete stappen denkt de gemeente te ondernemen om CBR te wijzen op het niet naleven van de vergunning door aanvoer van vervuilde gronden die een risico inhouden voor de vervuiling van het grondwater?

 

Het is niet aan de gemeente Riemst om CBR erop te wijzen of zij al dan niet hun vergunning naleven. Deze bevoegdheid ligt bij SPW. De instanties in Wallonië werden al ingelicht door de VZW Goed Leven in de Jekervallei over mogelijk importeren van vervuilde grond in de groeve.

 

7. De gemeente Riemst zou er goed aan doen om lid te worden van deze vzw die niet alleen nuttig werk verricht maar die bovendien taken opneemt die in feite door de Waalse en Vlaamse overheid zou moeten gebeuren? wat denkt u van dit voorstel?

 

Dit zal voorgelegd worden aan het CBS.

 

8. Het lijkt mij ook logisch dat de gemeente aan de Vlaamse Milieu Maatschappij(VMM) vraagt om terzake actie te ondernemen? Welke stappen denkt u terzake te ondernemen.

 

De VZW Goed Leven in de Jekervallei heeft al aan tafel gezeten met de VMM om het te hebben over de vervuilde grond die gestort wordt in de groeve en om te vragen wat de VMM hieraan kan doen. De VMM heeft laten weten dat ze hier niks kunnen betekenen daar het over een vervuiling in Wallonië gaat. De bron van vervuiling ligt in Wallonië.

Het drinkwater van Riemst is sinds 2022 ook niet meer afkomstig van Wallonië. Het drinkwater komt van Waltwilder (Bilzen).

Voor het drinkwater in Riemst is er geen probleem.

 

9. Kent U de rapporten van SPW

 

We vragen de rapporten op.

 

10. STAVAZA

In september 2024 werd een vergunningsaanvraag ingediend, er liep een openbaar onderzoek van 16/09/2024 tot 30/10/2024.

Op 29/10/2024 heeft het advocatenkantoor van de gemeente Riemst een bezwaarschrift ingediend in het kader van het openbaar onderzoek betreffende de gecombineerde aanvraag van gewestplanwijziging, permis unique klasse 1 en de aanvraag tot wijziging van de wegen, ingediend door Heidelberg Materials Belgium. Deze aanvraag heeft betrekking op de uitbreiding van de groeve Romont

 

De bezwaren hadden betrekking op volgende zaken:

- gebrekkig alternatievenonderzoek

- stikstof

- stof, geluid en andere hinder

- de buffer

- mobiliteit

- onduidelijkheid betreffende cumulatieve effecten

 

Op 16/01/2025 heeft de gemeente Bassenge de goedkeuring gegeven voor het opheffen en de creatie van gemeentewegen

Op 7 februari 2025 heeft de gemeente beroep aangetekend tegen het besluit van de gemeente Bassenge van 16 januari 2025 betreffende de opheffing en creatie van gemeentewegen. Deze beslissing kadert eveneens in de uitbreidingsplannen van de groeve. Op 3 maart 2025 werd afstand gedaan van dit wegenisberoep.

 

11. Bijlagen

De brieven in de bijlage werden door de burgemeester toegelicht tijdens de gemeenteraad en vervolgens toegevoegd in Meeting.

 

Het gemeentebestuur engageert zich om 3 officiële brieven te versturen voor bijkomende informatie naar SPW, de gemeente Bassenge en de Vlaamse Milieumaatschappij.

 

Hierop vraagt het raadslid geen stemming.

 

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Directiesecretariaat

BIJKOMEND DAGORDEPUNT INGEVOLGE ART. 21 VAN HET DECREET OVER HET LOKAAL BESTUUR - JAN PEUMANS - AVERGAT KANNE WOONERF

 

Dat brengt een aantal spelregels met zich mee.

De gemeente kondigt met zeer grote borden de trajectcontroles aan. Bij dit woonerf is dat niet het geval.

Ik heb in dit verband alvorens mijn voorstel te doen enkele vragen

1; Wat was de reden of redenen om in het Avergat een woonerf aan te leggen?

   Vraag van de bevolking ter plaatse?

   Vraag naar aanleiding van het masterplan Kanne?

2. Zijn er nog andere straten in Riemst die zijn uitgerust als woonerf?

3. Kunt u mij uitleggen waarom trajectcontroles met grote borden   worden aangekondigd?

4. Wat mij mede in het kader van dit woonerf nog het meest interesseert welke visie ligt ten grondslag aan de snelheidsregimes die u hanteert of zou willen hanteren in de gemeente op gewone wegen, op gewestwegen en ruilverkavelingswegen?

5. Welke controles worden toegepast op de naleving van de voorschriften zoals die gelden voor het woonerf in Kanne?

   Zijn er terzake al PV’s opgesteld?

6. Is het niet logisch dat men in het woonerf duidelijk aangeeft naast het verkeersbord F 12 a dat men zich in woonerf bevindt?

 

Mijn voorstel aan de gemeenteraad: aanbrengen van een groot informatief bord aan de beide zijden van het Avergat waar men uitlegt wat de betekenis is van woonerf?

 

 

Schepen Stevens antwoordt:

 

Vraag 1. Wat was de reden of redenen om in het Avergat een woonerf aan te leggen?

 

De herinrichting van het Avergat gebeurde in samenwerking met Infrax en studiebureau Sweco, met als doel een gescheiden rioleringsstelsel aan te leggen en de straat veiliger te maken voor zwakke weggebruikers. Door de nabijheid van ondergrondse fietsroutes en de fietssnelweg Hasselt-Riemst, wordt een groot aantal fietsers verwacht. Daarom werd gekozen voor een woonerf, waar auto's te gast zijn, fietsers en voetgangers de rijbaan mogen gebruiken, parkeren enkel in vakken is toegestaan en de snelheid beperkt is tot 20 km/u.

 

Vraag 2. Zijn er nog andere straten in Riemst die zijn uitgerust als woonerf?

 

Neen, enkel het Avergat is in Riemst ingericht als woonerf.

 

Vraag 3. Kunt u mij uitleggen waarom trajectcontroles met grote borden worden aangekondigd?

 

Zo wordt een gewijzigde situatie extra gesignaleerd.

De grote borden zullen op termijn verdwijnen. Enkel de kleine signalisatiebordjes blijven behouden.

 

Vraag 4. Wat mij mede in het kader van dit woonerf nog het meest interesseert welke visie ligt ten grondslag aan de snelheidsregimes die u hanteert of zou willen hanteren in de gemeente op gewone wegen, op gewestwegen en ruilverkavelingswegen?

 

Snelheidsregimes worden bepaald op basis van wegkenmerken (type weg, bebouwing, inrichting) en specifieke omstandigheden (verkeersdrukte, weersomstandigheden, veiligheid), met als doel een balans te vinden tussen een vlotte doorstroming en verkeersveiligheid. Waar nodig wordt bijgestuurd op basis van metingen.

 

Vraag 5. Welke controles worden toegepast op de naleving van de voorschriften zoals die gelden voor het woonerf in Kanne?

Zijn er terzake al PV’s opgesteld?

 

De politie ziet toe op de naleving van de verkeersregels.

 

Vraag 6. Is het niet logisch dat men in het woonerf duidelijk aangeeft naast het verkeersbord F 12 a dat men zich in woonerf bevindt?

 

Het is inderdaad belangrijk dat weggebruikers weten dat ze zich in een woonerf bevinden. Daarom wordt het woonerf wettelijk aangeduid met het verkeersbord F12a. Volgens de wegcode volstaat dit bord, en wordt elke weggebruiker geacht de betekenis ervan te kennen. Het is niet haalbaar om op elke locatie bijkomende infoborden te plaatsen om de betekenis van officiële verkeersborden zoals die voor woonerven of fietsstraten uit te leggen.

Het gemeentebestuur zal de inwoners van het Avergat opnieuw een infobrief bezorgen en onderzoeken of er een bijkomend onderbord van 20km/uur geplaatst kan worden.

 

Hierop vraagt het raadslid de stemming.

 

BESLUIT:

4 stemmen voor: Jan Peumans, Anita Beusen, Dirk Jacobs en Danny Lemmens

20 stemmen tegen: Mark Vos, Joël L'Hoest, Anja Slangen, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Davy Renkens, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael, Magda Gielen en Gerd Mengels

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Domeinhoofd mens welzijn en vrije tijd

BIJKOMEND DAGORDEPUNT INGEVOLGE ART. 21 VAN HET DECREET OVER HET LOKAAL BESTUUR - ANITA BEUSEN - ONDERSTEUNING VRIJ ONDERWIJS

 

De vernieuwde school in Riemst wordt prachtig en je ziet dat dit een duidelijke meerwaarde voor onze gemeente is. Onze gemeentescholen worden terecht goed onderhouden en zien er netjes uit, zoals het hoort.

 

Toch wil ik ook de dorpsscholen van het vrije onderwijs mee in beeld brengen. Deze scholen spelen immers een belangrijke rol in het behoud van de dorpssfeer en dragen bij tot de samenhang en verbondenheid in al onze deelgemeenten waar er  geen gemeenteschool maar vrij onderwijs is. Wanneer dorpsscholen verdwijnen, verdwijnt ook het dorpsgevoel. Het betreft hier niet de inzet of kwaliteit van de leeerkrachten.  Op dat vlak is er zeker geen enkel onderscheid met het gemeentelijk onderwijs, zij vervullen hun taak uitstekend. 

Extra steun  zou er wel voor zorgen dat alle dorpsscholen aantrekkelijk en goed onderhouden blijven, en niet uit concurrentieoverwegingen minder aantrekkelijk worden tegenover de prachtige vernieuwde gemeentescholen.

  1.    Zijn we bereid te onderzoeken of de groen en/of technische dienst, binnen de mogelijkheden, kan worden ingeschakeld om het vrij onderwijs te ondersteunen bij kleine onderhoudstaken?
  2.    Zien we mogelijkheden om het vrij onderwijs op een structurele manier te betrekken in het beleid rond ondersteuning van scholen?
  3.    Hoe ziet het college de toekomst van de dorpsscholen in onze gemeente?

Ondanks dat het vrij onderwijs toch al wat steun krijgt van onze gemeente stel ik om die reden toch voor om, waar mogelijk, ook een vorm van praktische ondersteuning te voorzien. 

Concreet denk ik hierbij aan:

        het inschakelen van de groen/technische dienst voor kleine onderhoudstaken, zoals het onderhoud van speelplaatsen of kleine herstellingswerken;

        occasionele hulp die bijdraagt tot het in goede staat houden van de schoolinfrastructuur.

Schepen Loyens antwoordt:

 

VRAAG 1: Zijn we bereid te onderzoeken of de groen en/of technische dienst, binnen de mogelijkheden, kan worden ingeschakeld om het vrij onderwijs te ondersteunen bij kleine onderhoudstaken?

 

Bijkomende acties zoals instaan voor een gedeelte van het groenonderhoud of kleine herstellingswerken zouden opgenomen kunnen worden, mits er hiervoor voldoende bijkomende financiële ruimte voor is. Dit betekent concreet dat er bijkomende uren/aanwervingen dienen te gebeuren om tegemoet te komen aan deze vraag. Daarnaast vraagt dit een bijkomend kader om duidelijk af te bakenen welke taken bedoeld worden met kleine onderhoudstaken, hoe vaak dit voorzien is en welke procedure hiervoor gevolgd dient te worden.

Rekening houdend met de omvang van het aantal gebouwen en de staat van de gebouwen, kan dit gaan over een aanzienlijke investering die niet voorzien is in het huidige budget.

 

VRAAG 2:  Zien we mogelijkheden om het vrij onderwijs op een structurele manier te betrekken in het beleid rond ondersteuning van scholen?

 

Er is een structureel overleg om de 6 weken tussen de directies van het vrij en gemeentelijk onderwijs op basis van terugkerende thema’s, samenwerkingen en leerlijnen. Op die manier worden nieuwe ontwikkelingen of problemen kort opgevolgd en kennis gedeeld. Zij zijn onze eerste barometer met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs en de dienstverlening.

 

VRAAG 3:  Hoe ziet het college de toekomst van de dorpsscholen in onze gemeente?

 

In het politiek beleidsplan maken we duidelijk dat het belangrijk is om de allerkleinste Riemstenaren dicht bij hun huis en in hun vertrouwde omgeving naar school te laten gaan. De gemeente Riemst blijft investeren in het behoud van een basisschool in elk dorp. De gemeente investeert dan ook beduidend meer, dan nodig is in het netoverschrijdend flankerend onderwijs, maar respecteert tegelijkertijd ook de autonomie en pedagogische onafhankelijkheid van ieder schoolbestuur.

 

Hierop vraagt het raadslid de stemming.

 

BESLUIT:

4 stemmen voor: Jan Peumans, Anita Beusen, Dirk Jacobs en Danny Lemmens

17 stemmen tegen: Mark Vos, Joël L'Hoest, Guy Kersten, Ludwig Stevens, Mieke Loyens, Marina Pauly, Christiaan Bamps, Marie-Elise Smets, Jan Noelmans, Peter Neven, Anja Huls, Hilde Festjens, Jos Onclin, Wouter Coenegrachts, Miet Debay, Ward Vandormael en Gerd Mengels

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Overzicht punten

Vergadering gr van 8/09/2025.

Directiesecretariaat

BIJKOMEND DAGORDEPUNT INGEVOLGE ART. 21 VAN HET DECREET OVER HET LOKAAL BESTUUR - ANITA BEUSEN - KRUISPUNT HERDEREN

 

Werd uitgesteld naar een andere zitting.

 

Publicatiedatum: 16/10/2025
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.